Het ware gezicht van de gemeentebobo's
Els Iping, stadsdeelvoorzitter van Amsterdam-Centrum is al jaren op
(heksen)jacht met haar beleid op de Wallen en ook met haar
terrassenbeleid joeg ze menig horecaondernemer in het harnas. Verre van
gelukkig zijn ook de prositituees en de ondernemers die als criminogeen
en crimineel worden geduid, maar die laatste groep behoort kennelijk
alleen op papier tot dat gilde want het stadsdeel heeft al die termen
nog steeds geen vorm en inhoud kunnen geven. Gelukkig stopt de
ex-onderwijzeres in 2010 als voorzitter van stadsdeel centrum. Waarom
het accent op gelukkig? Ze heeft niet alleen spreekwoordelijk de Wallen
en het prostitutiebeleid de nek omgedraaid maar ook in de praktijk
ontstond er een heksenjacht op de hoeren en de locale ondernemers.
Ramen en deuren dicht van de meiden van plezier, een klopjacht op
grootgrondbezitters als bijvoorbeeld een Charles Geerts moest de
buitenstaander het idee geven dat de criminaliteit grondig werd
aangepakt. Maar in de tussentijd konden vrouwenhandelaars gewoon
doorgaan met het uitbuiten van de prostituees, dat vaak gepaard ging
met grof geweld. Dat schrijft Crimesite.
Hoe de binnenstad wordt bestuurd en hoe zij met serieuze zaken om gaat maakt Marcel Kaatee duidelijk in zijn artikel Crimineel vastgoed op de Wallen?
We leggen m.n. de focus op het gedeelte waarin Kaatee beschrijft hoe
hij tijdens zijn 3 minuten door stadsdeelvoorzitter Iping en haar
loodsvisjes werd bejegend. Hou een teiltje bij de hand want het is om
te huilen hoe hufterig zij zich gedragen.
Toen mijn naam
werd afgeroepen begaf ik mij naar het spreekgestoelte. De tijd bedroeg
slechts 3 minuten. Stadsdeelvoorzitter Els Iping bleek geen interesse
te hebben in ons verhaal. Zuchtend keek ze om zich heen toen ik
refereerde aan de gebrekkige wijze waarop ze had gereageerd op onze
brief. Direct daarna ging ze luid door mijn toespraak heen praten met
haar buurman, een brildragende PvdA-er die de commissievergadering
leidde en alleen aandacht had voor de klok. “U heeft nog een halve minuut!”,
klonk het middenin mijn betoog. Even daarvoor wapperde de vrouwelijke
griffier met de ingebrachte stukken om aandacht te trekken. Was die
brief nou officieel ingediend of niet, wilde zij weten. Alsof dat niet
even kon wachten.
Nadat de 3 minuten voorbij waren vroeg de
PvdA-bril of ik van het bestuur een antwoord verwachtte op de
voorgedragen brief die nota bene eindigde met: ‘in afwachting van uw reactie’. “Ja natuurlijk”,
riep ik na deze onluisterende ervaring en nam weer plaats op de
publieke tribune. Even later werden de raadsleden van de SP en D’66
afgesnauwd door de hooghartige stadsdeelvoorzitter, terwijl de andere
PvdA-raadsleden gniffelend toekeken. Zo wordt de Amsterdamse binnenstad
dus bestuurd.
Tja, wat moet je daar nu nog op
zeggen? Een ding wordt duidelijk, deze mensen worden door ons betaald
en bewijzen keer op keer dat zij totaal geen binding meer hebben met
hun achterban, of beter gezegd niet opkomen voor de belangen van m.n.
(horeca-)ondernemers en niet onbelangrijk, de prostituees waar het
allemaal om draait, die zij zeggen te vertegenwoordigen.
Nog maar
niet te spreken van de ,,kapitaalsvernietiging’’ door de
prostitutieramen te vervangen voor naaidozen met de wervelende titel
Red Light Fashion. Waar Marcel Kaatee in hetzelfde artikel ook de
nodige opmerkingen over maakt.
Misschien keert het tij als
volgend jaar gemeenteraadsverkiezingen worden gehouden en er definitief
wordt afgerekend met gemeentebobo’s als Iping, Asscher en niet te
vergeten Cohen. Allemaal uit hetzelfde pot nat waar we in Amsterdam al
jaren mee te maken hebben, helaas.
Lees ook de Misdaadjournalist: Alberto, ga eens naar de kerkhoertjes in de Bijlmer