De strijd van Fred Spijkers, voor een schone, integere overheid
DEN HAAG - De Tweede Kamer worstelt met de vraag wie politieke verantwoordelijkheid moet nemen voor de manier waarop klokkenluider Fred Spijkers door de overheid het leven onmogelijk is gemaakt.
De Culemborger, ex-werknemer bij het ministerie van Defensie, luidde in
1984 de noodklok over ondeugdelijke mijnen en zag hoe onder anderen
bewindslieden, juristen en psychiaters zijn leven verwoestten.
Vandaag
publiceren elf studenten van de Universiteit van Amsterdam hun
bevindingen van de zaak-Spijkers in 'Rechtsstaat zonder zelfkritisch en
zelfreinigend vermogen', een artikel in Openbaar bestuur van Kluwer. Ze
maken gehakt van de handelwijze van onder meer de staat.
In 1983
en '84 ontploften oefenmijnen in trainingslokalen van Defensie.
Spijkers ontdekte een constructiefout en weigerde te doen wat hem werd
opgedragen: een vrouw vertellen dat haar man door eigen nalatigheid was
omgekomen.
De publicatie ervaart Spijkers als 'opnieuw gelijk
krijgen'. Hij kreeg al een koninklijke onderscheiding, en de SP gaf hem
de Rooie Reus Prijs. "Onlangs kreeg ik steun van rappers Lange Frans en
Baas B., die me opvoeren in hun hit Kamervragen. Deze studie maakt mij
duidelijk dat ik terecht strijd voor een schone, integere overheid."
SP-Kamerlid Krista van Velzen: "Het zou het beste zijn als betrokken bewindslieden van Defensie, Binnenlandse Zaken, Justitie en premier Balkenende zouden aftreden". Een conclusie die wordt gedeeld door de onderzoekers en door Spijkers zelf.
De PvdA overweegt zich achter de oproep tot een parlementaire werkgroep te scharen. De VVD vindt de zaak Spijkers letterlijk een hoofdpijndossier en wil de handen er niet aan branden.