Aarde warmt in ongekend tempo op
Door het versterkte broeikaseffect warmt de aarde in een ongekend tempo
op. De tweede helft van de twintigste eeuw was de warmste periode
in de afgelopen 1200 jaar.
Met opvallende stelligheid rekenen Britse wetenschappers vandaag in
Science af met de vele onzekerheden waarmee hun werkterrein wordt
omringd: een historische reconstructie van de temperaturen op aarde.
’Onze studie laat zien dat de Middeleeuwen een warme periode hebben
gekend en een kleine ijstijd’, schrijven Timothy Osborn en Keith Briffa
van de Universiteit van East Anglia. ’Maar de twintigste eeuw leverde
het sterkste bewijs voor de warmste periode in de door ons
onderzochte tijdspanne’.
Daarmee zetten ze de klimaatsceptici op grote achterstand. Deze verkondigen
de laatste tijd regelmatig dat de historische reconstructies van de temperatuur
veel te onzeker zijn, of dat zij daar heel andere conclusies uit kunnen trekken.
Met name de bekendste reconstructie –de zogeheten hockeystick van
Michael Mann– moest het ontgelden omdat de statistiek ervan
niet zou deugen.
Sinds 1850 is de temperatuur op aarde redelijk goed bijgehouden.
Voor de temperatuur uit vroeger tijden maken wetenschappers gebruik
van indirecte bronnen zoals boomringen, ijskernen of koraalriffen,
maar ook van historische archieven. In Nederlandse dagboeken,
die teruggaan tot de dertiende eeuw, is bijvoorbeeld te lezen
wanneer de sloten en plassen bevroren waren.
Osborn en Briffa selecteerden uit al die reconstructies alleen
die bronnen die een consistent verband met de temperatuur hebben
en overeenstemmen met overlappende bronnen. Na hun analyse, waarin
ze zorgvuldig alle onzekerheden meewegen, komen ze tot een temperatuurcurve
die grote gelijkenis vertoont met de ’hockeystick’ van Mann: een lijn die tussen
de jaren 800 en 1900 licht schommelt maar dan een scherpe knik maakt
en omhoog schiet.
’De bronnen geven aan dat het midden en het eind van de twintigste eeuw
de warmste perioden waren’, schrijven de Britten. ’En als je de directe
temperatuurmetingen ernaast legt, is het overduidelijk dat het eind,
met de ongekend hoge concentraties broeikasgassen,
de extreemste opwarming kende’.