Stoppen met roken? Het zit in de genen
Elk jaar weer een goed voornemen. Bij wie het gen zijn werk niet goed doet, wordt nicotine - het stofje dat verantwoordelijk is voor een rookverslaving - minder snel afgebroken. De neiging om nog een sigaretje op te steken, komt bij hen daardoor veel later.
Onderzoek
Het gen komt in verschillende vormen voor, en niet iedereen heeft dezelfde versie in zijn of haar lijf. Een test onder tweehonderd Japanners maakt het gevolg daarvan duidelijk.
Van de proefpersonen had ongeveer een kwart twee versies van het normale CYP2A6*1-gen in het lichaam. Die groep rookte het meest, gemiddeld zo'n twee pakjes per dag, meldt New Scientist.
Hoe anders de Japanners met twee versies van het CYP2A*4-gen dat nicotine veel minder snel afbreekt. Zij rookten het minst van alle testpersonen!
Belangrijker voor iedereen die wil stoppen is een andere studie, uit Canada. Wat blijkt? Bij mensen die nicotine snel afbreken werken de nicotinepleisters minder goed. Meer plakken dus als u veel naar een sigaret verlangt.
Publicatiedatum: 25 januari 2006