Apple constateert misstanden bij Chinese Ipod-fabriek
Apple is over het algemeen tevreden over de omstandigheden waaronder de Chinese werknemers in de Ipod-fabriek Foxconn moeten werken.
Apple startte een tien weken durend onderzoek naar de werkomstandigheden in de fabriek nadat het in juni erkende dat er sprake was van misstanden. Zo bekende de Ipod-fabrikant dat sommige medewerkers maandelijks 80 uur bovenop hun normale volledige werkweek werken.
Tijdens het onderzoek heeft Apple willekeurig honderd werknemers ondervraagd over de omstandigheden. Er zijn geen indicaties gevonden dat kinderen in de fabriek aan het werk zouden zijn. Evenmin zijn er aanwijzingen gevonden die erop duiden dat werknemers gedwongen worden ongewoon lange dagen te werken. Ze konden overwerk weigeren zonder sancties te krijgen. Wel heeft Apple gesproken met werknemers die zestig uur per week of meer werkten.
Over de woonomstandigheden van de werknemers is Apple minder te spreken. Twee van de drie grote panden waarin de werknemers zijn ondergebracht, zijn oude fabriekshallen. De mensen hebben een bed en een kluis en liggen bij elkaar in één open ruimte. Dit is te onpersoonlijk, aldus Apple.
De derde woonhal bood volgens de Ipod-fabrikant te weinig persoonlijke ruimte aan de mensen. De fabriek heeft inmiddels een nieuw stuk land aangekocht en zal daar nieuwe woongelegenheden bouwen. Toch gaven veel werknemers aan zich goed en veilig te voelen op de werkplaats en thuis.
Tot slot waren er twijfels over de salariëring van de Chinese werknemers. Hoewel de betalingsstructuur erg ingewikkeld is gebleken, is er niets mis met de betaling van de werknemers, concludeert Apple. Zij krijgen het minimumloon of meer en hebben de mogelijkheid om bonussen te verdienen.