Grootheidswaan.
Het pleidooi van Geert Wilders om artikel 1 uit de Grondwet (het non-discriminatiebeginsel) te wijzigen, ten einde moslims anders te behandelen dan niet moslims (HP/De Tijd, 14 december), getuigt niet van realiteitszin. Maar daarin is de PVV-voorman niet uniek. Uniek is wel dat hij zichzelf een buitengewoon inzicht toedicht, omtrent ‘Hét Kwaad’ dat ons allen(!) bedreigt. Jammer genoeg ontgaat het hem dat zijn gevecht daartegen fictief is. Tegen een geloof in nu eenmaal niet te vechten. Letterlijk noch figuurlijk. Objectief gesproken legt zijn (schijn-)gevecht daardoor geen enkel gewicht in de schaal, alle media-aandacht en consternatie in de moslimwereld ten spijt. Daarentegen duidt het wel op grootheidswaan, omdat het nooit iets toe of af zal doen aan de positie van de islam als wereldgodsdienst. Daarnaast behoort deze tot het werelderfgoed, gelijk joden- en christendom. Het belang van het behoud daarvan staat in een democratie gelukkig niet ter discussie.