Electra duurder dan water
Di 19 September 2006 19:09 |
Frank |
2834 keer bekeken |
0 reacties |
0 x aanbevolen |
Artikel voorlezen
Van de week had ik de waterkoker gevuld voor het eerste kopje thee van de dag. Ik woog het klotsende ding in mijn hand: waarschijnlijk iets te royaal geweest met de kraan. En op dat moment werd ik getroffen door een verlammende vraag. Wat zou nu de grootste schadepost zijn: het overtollige water weggooien, of dit water meeverwarmen en bewaren voor een volgende keer?
Het eerste deel van de vraag is makkelijk te beantwoorden. Water kost, afhankelijk van de regio, ongeveer een euro per kuub, dus 0,1 cent per liter. Maar hoe duur is het om diezelfde liter in de electrische waterkoker aan de kook te brengen?
Daarvoor moet het begrip soortelijke warmte van stal komen. In tabellenboekjes is te vinden dat het verwarmen van een liter water met één graad ongeveer 4,2 kilojoule kost, inderdaad dezelfde eenheid die de calorie vervangen heeft op de etiketten van levensmiddelen. Om een liter te verwarmen van tien naar honderd graden is dus 90 x 4,2 = 378 kilojoule nodig. Dat is toevallig, zo leert de dieettabel, vrijwel het aantal 'calorieën' in een middelgrote appel. Het is dat fruit niet goed brandt, anders zou je met het in de fik steken van een appeltje precies een liter water aan de kook kunnen krijgen, althans als er geen verliezen zouden zijn in de vorm van wegwaaiende warmte.
Maar ik dwaal af. Helaas wordt electriciteit niet gemeten in kilojoules, of calorieën, maar in kilowatturen, die zo'n 20 cent per stuk kosten. Hoeveel kilowattuur is 378 kilojoule?
De Watt is op een simpele manier gerelateerd aan de Joule. Een spaarlamp van 1 W (dat zou een heel zuinige zijn) zou 1 Joule aan elektrische energie per seconde gebruiken. Zou deze lamp een uur branden, dan kost dat een wattuur, en dat is uiteraard 60 x 60 = 3600 J oftewel 3,6 kJ. Dat is ongeveer de energie-inhoud van een radijsje. Een kilowattuur is uiteraard het duizendvoud daarvan, dus 3600 kJ.
En daarmee is het antwoord zo goed als binnen. De 378 kJ die het kost om een liter water aan de kook te brengen, is ruim het tiende deel van een kWh, en verhoogt dus de electriciteitsrekening met twee cent. Dat is maar liefst het twintigvoud van wat diezelfde liter water bij het waterleidingbedrijf kost. Het is dus goedkoper het water weg te gooien dan het doelloos op te warmen.
Wie dat niet over zijn hart kan verkrijgen moet het teveel aan water uit de waterkoker aan de planten geven of het in een maatbeker op het aanrecht bewaren, in afwachting van betere tijden. Of van te voren een kopje afpassen natuurlijk. Schrijver dezes hoeft dat nooit meer te doen. Het honorarium voor dit stukje is goed voor zo'n honderd kubieke meter.
Het eerste deel van de vraag is makkelijk te beantwoorden. Water kost, afhankelijk van de regio, ongeveer een euro per kuub, dus 0,1 cent per liter. Maar hoe duur is het om diezelfde liter in de electrische waterkoker aan de kook te brengen?
Daarvoor moet het begrip soortelijke warmte van stal komen. In tabellenboekjes is te vinden dat het verwarmen van een liter water met één graad ongeveer 4,2 kilojoule kost, inderdaad dezelfde eenheid die de calorie vervangen heeft op de etiketten van levensmiddelen. Om een liter te verwarmen van tien naar honderd graden is dus 90 x 4,2 = 378 kilojoule nodig. Dat is toevallig, zo leert de dieettabel, vrijwel het aantal 'calorieën' in een middelgrote appel. Het is dat fruit niet goed brandt, anders zou je met het in de fik steken van een appeltje precies een liter water aan de kook kunnen krijgen, althans als er geen verliezen zouden zijn in de vorm van wegwaaiende warmte.
Maar ik dwaal af. Helaas wordt electriciteit niet gemeten in kilojoules, of calorieën, maar in kilowatturen, die zo'n 20 cent per stuk kosten. Hoeveel kilowattuur is 378 kilojoule?
De Watt is op een simpele manier gerelateerd aan de Joule. Een spaarlamp van 1 W (dat zou een heel zuinige zijn) zou 1 Joule aan elektrische energie per seconde gebruiken. Zou deze lamp een uur branden, dan kost dat een wattuur, en dat is uiteraard 60 x 60 = 3600 J oftewel 3,6 kJ. Dat is ongeveer de energie-inhoud van een radijsje. Een kilowattuur is uiteraard het duizendvoud daarvan, dus 3600 kJ.
En daarmee is het antwoord zo goed als binnen. De 378 kJ die het kost om een liter water aan de kook te brengen, is ruim het tiende deel van een kWh, en verhoogt dus de electriciteitsrekening met twee cent. Dat is maar liefst het twintigvoud van wat diezelfde liter water bij het waterleidingbedrijf kost. Het is dus goedkoper het water weg te gooien dan het doelloos op te warmen.
Wie dat niet over zijn hart kan verkrijgen moet het teveel aan water uit de waterkoker aan de planten geven of het in een maatbeker op het aanrecht bewaren, in afwachting van betere tijden. Of van te voren een kopje afpassen natuurlijk. Schrijver dezes hoeft dat nooit meer te doen. Het honorarium voor dit stukje is goed voor zo'n honderd kubieke meter.
Bron: Herbert Blankesteijn