Zachte krachten.
Volgens veiligheidsanalist Rob de Wijk, directeur van het Centrum Strategische Studies in Den Haag (HCCS), gaan we met de EU de goede kant op, omdat zij zich beter aanpast aan de nieuwe wereldorde. Daarin vergist de hoogleraar zich, ervan uitgaande dat in de nieuwe wereldorde geen materiële maar ideële belangen de eerste viool zullen spelen. En wel als logisch gevolg van de niet te stuiten veranderende tijdgeest, die met de dag meer doortrokken raakt van het alom onderschreven mensenrechten- of vredesideaal.
Het ultieme doel dat weliswaar niet op je boterham te smeren is of zich leent voor beursnoteringen, maar waar een onverslaanbare aantrekkingskracht of hoop van uitgaat, waar de Wijk in zijn boek, ‘De slag om Europa’, aan voorbijgaat. Daarvoor zullen wij ons moeten laven aan de behartigenswaardige dichtregel van Henriëtte Roland Holst: “De zachte krachten zullen zeker winnen in ’t eind”.
De uiteindelijke overwinning die politiek gesproken neerkomt op een fundamentele hervorming van onze volkerenorganisatie, die een definitief einde zal maken aan de uitzichtloze machtsverhoudingen in de VN en daarmee in de wereld. Voor die broodnodige hervorming biedt artikel 109 van het Handvest uitdrukkelijk de mogelijkheid, doordat het spreekt van een algemene conferentie van lidstaten met als doel de herziening van het Handvest.
Als VN-lid kan onze nieuwe regering het initiatief voor die broodnodige hervormingsconferentie nemen. Daarbij moet met name worden gedacht aan de afschaffing van de dictatoriale (vetorecht) Veiligheidsraad, met de gelijktijdige overheveling van zijn primaire verantwoordelijkheid, de handhaving van de internationale vrede en veiligheid, naar de Algemene Vergadering.
Dit centrale VN-orgaan krijgt daardoor de kans uit te groeien van een ongeloofwaardig mondiaal praatcollege tot een spraakmakend mondiaal daadcollege met bovennationale bevoegdheden. Een gezaghebbend wereldforum, dat op basis van onze fenomenale know how op elk terrein en de alom onderschreven Rechten van de Mens, een (wereld-)beleid van de grond weet te tillen waarmee de (wereld-)problemen en het daarmee gepaard gaande onrecht adequaat aangepakt kunnen worden.
Officieel had die herzieningsconferentie al in 1958! moeten plaatsvinden, maar door krachtig verzet daartegen van de kant van de toenmalige Sovjet-Unie onder Chroesjtov, is zij destijds uitgesteld ‘tot een daartoe geschikt tijdstip’. Gezien de toestand van de wereld en de patstelling waarin de Verenigde Naties zich bevinden, lijkt mij dat tijdstip meer dan aangebroken, met alle wenkende perspectieven van dien. Vandaar dat ik de toekomst van onze wereld! met vertrouwen tegemoetzie, alle doemscenario’s ten spijt.
Wouter ter Heide.