Kapitalisme en Vertrouwen
De prijs van vertrouwen
Door Peter van Mierlo - PricewaterhouseCoopers
Als de financiële crisis ons íets leert, is het dat de rol van de overheid te klein was. Maar hoe groot moet die rol in de toekomst zijn?
Vertrouwen. Uiteindelijk is dat het belangrijkste fundament onder het kapitalisme. En dat vertrouwen is vorig jaar als sneeuw voor de zon verdwenen. Daarmee werden vooral overheden gedwongen een rol in te nemen die ze - in elk geval op deze schaal - nog nooit hadden gespeeld.
Dat de overheid móest ingrijpen, is een feit. De gevolgen waren anders te groot geweest voor het financiële systeem. Je kunt je afvragen of overheden niet eerder in de voorbije anderhalf jaar hadden moeten ingrijpen. Die vraag zal in de toekomst nog wel eens gesteld worden.
Te kleine rol
De ultieme vraag die zich nu voordoet: hoe groot moet de rol van de overheid in een westerse economie zijn? Als de financiële crisis ons íets leert, is het dat de rol van de overheid te klein was. Anderzijds: het kapitalisme en de zich steeds verder terugtrekkende overheid hebben ons ongekende welvaart gebracht.
Opnieuw definiëren
Ongetwijfeld beïnvloedt de crisis de westerse gedachten over de rol van toezichthouders en kredietbeoordelaars, over bonusstelsels, over de verantwoording die banken en bedrijven dienen af te leggen en over hoe in een complexe wereld risicoprofielen inzichtelijk kunnen blijven. De uitdaging voor overheden is hun eigen rol opnieuw definiëren. Sleutelbegrippen hierbij: transparantie en duidelijkheid.
Nieuw evenwicht
Waar het nieuwe evenwicht tussen markt en overheid komt te liggen, zal zich in de komende periode wel uitkristalliseren. Vast staat dat de politiek de maatschappelijk aanvaardbare prijs voor vertrouwen bepaalt. Die prijs zal - aanzienlijk - hoger komen te liggen dan in het verleden. En gezien de huidige ervaringen is dat misschien maar goed ook.
- Peter van Mierlo is werkzaam bij PricewaterhouseCoopers als managing partner Transactions Group.
************************************************************
Mijn commentaar:
Ten behoeve van de duidelijkheid ga ik hier een beetje chargeren, laat ik nogal wat nuances weg. Het gaat mij om de principes zoals die zich in grote lijnen aftekenen.
Het kapitalisme demoraliseert de wereldbevolking en heeft onze aarde naar de rand van de afgrond gevoerd. Voor 'de uitverkorenen' heeft het een enorme groei aan luxe en decadentie veroorzaakt maar ook zij hebben bijna allemaal medicijnen nodig...
Wie gelooft dat kapitalisme ons welvaart heeft gebracht gelooft in een sprookje.
Omdat kapitalisten alles aan hun streven om winst te maken willen onderwerpen, verzieken zij alles wat zij in hun klauwen krijgen: Landbouw, veeteelt, onderwijs, ziekenzorg, de media, de politiek, wetenschap, kunst, cultuur, sport, bedrijfsleven, infra-structuur, het gevangeniswezen, lucht, water, aarde, enz. enz.
Op de continenten die worden leeggeroofd grijpt de verwoestijning om zich heen en slaan armoede, honger en ziekte toe in overtreffende trap. Om het kapitalistische geweten te sussen verzorgen de rijke landen daar, onder het mom van ontwikkelingshulp, wat 'knuffelprojecten' maar dan weer niet zonder te proberen daar een slaatje uit te slaan...
In plaats van dat we in beweging komen doordat we geprikkeld worden door het leven zelf, komen we in beweging door prikkels die ons worden toegediend door kapitalistische satertjes die voor dat doel 'financiële stroomstokjes' hanteren.
Kapitalisten zijn materialistische egoïsten en als zo'n 'sociaal darwinist' naar geest hunkert (naar iets wat echt leeft) en daarom, bij gebrek aan inzicht in zichzelf, bijvoorbeeld een dubieuze astroloog raadpleegt, blijkt het zo'n kinkel nog steeds om persoonlijk gewin te gaan...
En dan zijn er ook nog al die oorlogen die het kapitalisme, zowel met militaire, economische en culturele middelen, onder valse vlag aan het voeren is.
Politiek en kapitalisme zijn, sinds de val van de muur in versneld tempo (maar het betreft een proces dat al veel langer bezig is) met elkaar aan het versmelten en zijn nu bijna één geworden.
Daarom bestaat een deel van de oplossing die ons kan redden uit 'het scheiden van staat en bedrijfsleven'. Want als het kapitalisme geen grip meer heeft op regeringen, zal ook het turbo-kapitalisme in het bedrijfsleven op den duur moeten kalmeren...
De scheiding van kerk en staat heeft veel moeite gekost en is nog steeds niet helemaal voltrokken.
De scheiding van staat en bedrijfsleven zal waarschijnlijk nog veel meer moeite kosten maar te geloven dat we na de crisis ongeveer op de oude voet verder kunnen met wat meer toezicht (door de kapitalistische staat...) en wat minder opvallende bonussen voor managers e.d., getuigt van een dodelijke kapitalistische kortzichtigheid.
En: We zijn niet, zoals kapitalisten ons willen doen geloven, elkaars concurrenten, elkaars vijanden. We zouden moeten samenwerken!