Kennismaking met de INIPI

Za 31 Maart 2007 15:21 | San | 2855 keer bekeken | 0 reacties | 0 x aanbevolen | Artikel voorlezen

"Zondag 26 juni 2005, 10u00" :

Geeeeeeuw,…draai… draai…’tuut…tuut…tuut’
Damn, die stomme wekker loopt af! Niet getreurd, want ik kijk door het raam en zie de lucht als een vers geschilderde Monet, een zomers pallet van blauwe pixels met een vleugje wit met ergens in het midden een gouden stralende zon als finishing touch… Opgewekt ‘jump’ ik uit m’n ‘bedstee’, waan me in een heldhaftig verleden in de carnatie van een koene krijger en maak bijhorende krijgsbewegingen en -kreten en beland uiteindelijk met een rauwe keel onder de douche.
Ja, vandaag word ik tot ‘ridder’ geslagen gaat het door m’n hoofd, tot ik besef dat ik niet in Europa maar meer westelijk moet gaan wat dit betreft, haha… Indianen en ridders… dat valt niet te rijmen toch, gekke ik….




M'n nicht op haar zelfgemaakte fluit ;-)

Ik droog me snel af, open eens goed m’n ogen, prop m’n lenzen er netjes in, eet nog vlug een boterham of 2 met fruitsla, want ik ben er klaar voor !! Klaar voor een ‘initiatie’ in één van de vele Indiaanse gebruiken: de INIPI of zweethut.
M’n ongeduld kan niet meer op. Ik weet dat mijn nicht (die al jaren met échte indianen bevriend is en al wat inipi’s heeft gedaan) straks haar zelfgemaakte fluit en handtrommel zal tonen én bespelen en als een klein kind verheug ik me op de ontmoeting met al die andere mensen die hoogstwaarschijnlijk djembés en andere muziekinstrumenten zullen bovenhalen. Mijn gitaar blijft na een korte aarzeling toch eenzaam in de kamerhoek achter. De sportzak uit de kast genomen en gevuld met wat ik zeker moest meebrengen: een badhanddoek, eventueel zeep en washandje, een lange T-shirt (voor de mannen is een short ok), wat ‘centjes’ (want de gastvrouw stelt niet enkel haar inipi maar ook haar lekkere soep, boterhammetjes en groentesla ter beschikking na het zweetritueel).
‘k Neem voor alle zekerheid een mineraal (rozekwarts) mee om me wat harmonie te bieden en haal m’n stalen ros (hier ben ik weer met m’n riddertijdperk…) uit de garage en pik m’n nicht op die al gepakt en gezakt voor haar deur staat.
Na een ritje van een dik half uurtje naderen we het huis van bestemming. “Er is aardig wat volk” , merkt m’n nicht meteen op. Al gauw bleken we daar met niet minder dan 30 mensen te zijn. Ze kwamen uit alle hoeken en windstreken, zelfs speciaal van over de grens, jaja… rara… onze Hollandse vrienden J . De verwelkoming verliep hartelijk. Iedereen begroette elkaar en naar ik vernam waren sommigen niet aan hun proefstuk toe. Binnen werd er al koffie en thee geschonken of iets fris uitgegoten voor wie het te warm had of van ver moest komen. Buiten lagen de dekens gespreid over het grasperk en ja, wat ik had gehoopt, speelde zich nu af voor m’n ogen. E. (een toffe Hollander uit B.) had z’n djembé bij. Hij beheerste het Afrikaanse ritme met verve en de virtuositeit van z’n handenspel maakte van mij een nog gelukkiger mens. Z’n djembé was met een geitenvel bedekt wat dus gelijk staat voor ‘een goede kwaliteit' zo bleek. Verder speelde F. op een didgeridoo, een héééle grote nog wel.


 
En er werd wat afgeblazen!


De grootte van dat instrument daar in het gras zou dus bijzonder geschikt zijn bij de begeleiding van een meditatie. Later op de dag zou ik dat zélf beamen. Mijn nicht nam haar indianenfluit en handtrommel en musiceerde/improviseerde er lustig op los. De stemming zat er flink in. De indiaanse gastvrouw splitste de bende in 2 groepen en mijn nicht zei me dat ik samen met haar in de 2° groep moest gaan. De eerste groep bereidde zich voor. In de tipi (grote wigwam) moest men zich omkleden, de handdoeken rond de ontblote lichamen doen en zich op de blote voetjes begeven. Ondertussen genoot ik van het weertje en de constructieve babbels over de transformaties die bezig zijn, etc…


 


Anderhalf uurtje later was het de beurt aan groep 2. Ik begaf me snel naar de tipi en kleedde me om. Vervolgens gingen we bij de grote houtkachel zitten waar weldra de vuurman gloeiende stenen op z’n riek binnen de inipi zou gooien. De inipi was lager en kleiner dan ik had verwacht. Ze was nog net wat breder dan mijn iglotent, maar qua hoogte scheelde het niet veel, hihi! De mensen schoven door (kloksgewijs) en we namen allemaal plaats rond een cirkelvormige put die vol grote ruwe stenen lag. Gloeiende stenen werden aangebracht door de ‘vuurman’ die steeds : ‘Hier komt Grootvader’ riep en de ganse meute antwoordde dan ‘A oooummm’ ter bevestiging. Na enkele minuten kwam de indiaanse gastvrouw binnen in de tent en werd de in/uitgang afgesloten langs buiten met enkele zware dekens: de inipi werd vanaf toen in duisternis gehuld, dat men enkel nog de gloeiende stenen kon aanschouwen. Ik vond het allemaal zeer spannend en uniek. De geur van zweetgras en salie verspreidde zich snel door de inipi. De indiaanse gastvrouw begon als eerste te spreken en legde uit dat het om 4 zweetrondes ging, elke ronde gewijd aan 1 v/d 4 windrichtingen en natuurelementen. Ze sprak met eerbiedige stem en toen werd het rustig, een ingetogen sfeer omringde mij. Na een kwartier zag ik het buitenlicht weer en kon ik wat water drinken of gebruik maken van de openluchtdouche. De tweede ronde kondigde zich aan en ik nam weer plaats op m’n vertrouwde plekje naast m’n nicht. Ik voelde meteen aan dat het warmer zou worden. En weer gooide de vuurman stenen in de put, het tafereel van ronde 1 herhaalde zich dus. In deze ronde werd er een mineraal rondgegeven. Iedereen had het recht om om beurt te spreken. Ik hoorde mensen vragen om hulp voor naasten en zichzelf. Het was een emotierijke ronde. Toen het mijn beurt was, was ik een beetje nerveus, maar al bij al kreeg ik gezegd wat m’n hart werd ingegeven.
De 2° ronde duurde langer dan ik had verwacht en toen ik de buitenlucht weer inademde, besefte ik dat ik een grens voor mezelf aan het overschrijden was. De hitte, de groepssfeer, het serene, het werkte allemaal op me in. Dan kwam de 3° ronde, die voor mij en nog enkelen de laatste ronde zou worden… De vuurman nam nu de plaats over van de indiaanse gastvrouw en begon met een visualisatieoefening. Het was heftig en speciaal. Er kwamen veel emoties los en de chakra’s die gesloten waren, openden zich tot mijn verbazing, maar…. toen kreeg ik het te heet. Ik heb de inipi toen met spijt moeten verlaten, waarna ik zalig tot mezelf ben gekomen, lang uitgerekt lag ik op het grasveld achter de tipi te genieten van de mij omringende vogelenzang, de heldere hemel en de groene toppen van de bomen. Ik voelde me gelukkig. Nadat ik weer wat gewend was aan de buitenlucht nam ik een koele douche en kleedde ik me rustig om. De eerste groep had al die tijd lustig zitten orchestreren in het grasveld voor de tipi. Zij zagen er ook helemaal ontspannen en gelukkig uit. Vervolgens benuttigden we met groep 2 een lekkere gezonde maaltijd bereid door de indiaanse gastvrouw, haar echtgenoot en dochter. Ik heb ontzettend genoten van dit ‘indianenritueel’ en ik kan jullie verzekeren, het wérkt en het doet goed. Het is een vorm van ‘healing’, een tot jezelf komen en één worden met de natuurelementen: water (de douche, het drinkwater), vuur (de gloeiende stenen), aarde (de inipi, het terrein), lucht (de salie en andere geurige kruiden, de zang).
Of ik dit nog eens over ga doen? Beslist! Ik snap nu wat men bedoelt met: ‘Je komt terug wanneer je ‘voelt’ dat je terug moet komen…’
Misschien zien we elkaar daar nog wel? Aooooum!!!


Groetjes

San

Foto’s: ©San


Bron: Nihil