Veranderend Antarctica

Ma 19 Februari 2007 17:21 | louise | 2202 keer bekeken | 0 reacties | 0 x aanbevolen | Artikel voorlezen

Het klimaat rond Antarctica is wel sterk veranderd, met volksverhuizingen onder pinguïns en een achteruitgang van het zeeleven tot gevolg.

De ene onderzoeker slaat alarm over massale verplaatsingen van pinguïns, veroorzaakt door een snelle opwarming hun Antarctische leefgebied. Zijn collega vertelt dat het Zuidpoolcontinent de laatste tien jaar niet warmer lijkt te worden, maar juist kouder. Deze twee onderzoeksresultaten, vandaag gepresenteerd op de jaarlijkse bijeenkomst van de Amerikaanse Vereniging ter Bevordering van de Wetenschap in San Francisco, lijken op het eerste gezicht in tegenspraak met elkaar. Maar dat zijn ze niet.

Noorderlicht is er niet bij dit jaar, maar gelukkig zijn er persberichten. En daarin staat precies wat David Bromwich van plan is te gaan zeggen. Bromwich is hoogleraar atmosferische wetenschappen bij het Byrd Centrum voor Poolonderzoek aan de universiteit van Ohio. Zijn boodschap: aan het eind van de twintigste eeuw is de temperatuur op het vasteland van Antarctica niet gestegen, terwijl klimaatmodellen dat wel hadden voorspeld.

"Dat contrasteert sterk met de noordelijke punt van het Antarctisch Schiereiland, want dat is juist één van de snelst opwarmende gebieden op aarde", aldus Bromwich. Het binnenland van Antarctica doet dus raar. Dat bleek vorig jaar ook al een beetje, toen de groep van Bromwich aantoonde dat de sneeuwval rond de Zuidpool achterbleef bij de verwachtingen van klimaatmodellen. Die had moeten toenemen, maar hij nam de laatste tien jaar juist wat af.

Een mogelijke verklaring voor de temperatuurdaling in het Antarctische binnenland is het gat in de ozonlaag, oppert Bromwich. "Als je minder ozon hebt, wordt er minder ultraviolet licht geabsorbeerd en daardoor wordt de stratosfeer minder warm." Dat effect zou sterker zijn dan de invloed van een verhoogde CO2-concentratie, die juist warmte vasthoudt. Althans: zolang het gat in de ozonlaag er is. Het is de bedoeling dat het gat verdwijnt, want de ozonlaag is hard nodig als schild tegen het kankerverwekkende ultraviolette licht. In 2006 was het ozongat echter groter dan ooit.

Het team van Bromwich keek ook naar de wind die vrijwel altijd in westelijke richting om Antarctica heen waait. "Deze westenwinden zijn wel tien tot zelfs twintig procent sterker geworden in de laatste veertig jaar", verklaart de meteoroloog. Die aantrekkende windkracht lijkt mede schuldig te zijn aan het versneld afbreken van ijsplaten rond het Antarctisch Schiereiland, waardoor het gebied er nu heel anders uit is gaan zien.

Het schiereiland is de laatste decennia drastisch aan het veranderen, zegt ook Berry Lyons, de baas van het onderzoekscentrum waar Bromwich werkt. Het verdwijnen van zee-ijs aan de randen dwingt pinguïns tot grote volksverhuizingen: "Ezelspinguïns en keelbandpinguïns zakken naar het zuiden af tot gebieden die nu door Adéliepinguïns worden bewoond, en de Adélies worden verder naar het zuiden geduwd, allemaal door de veranderingen in het zee-ijs."

Dat is een heel zichtbaar gevolg van de klimaatverandering. Maar ook in het water is niets meer wat het was, aldus Lyons. "We zien de ecosystemen in zee dramatisch reageren op de temperatuurstijging rond het Antarctisch Schiereiland." Aan de basis van de voedselketen gaat het mis: verdwijnend zee-ijs gaat gepaard met een grote achteruitgang van krill, de verzameling kleine kriebelbeestjes waar vrijwel alle grotere beesten direct of indirect van afhankelijk zijn.

Opwarming van de aarde, betoogt Lyons, zal veel meer kwaad doen dan de zeespiegelstijging die zo wordt gevreesd. Het zal drastische veranderingen veroorzaken in kwetsbare ecosystemen overal op aarde. Op het Antarctisch schiereiland zijn die veranderingen dus al volop bezig.

Keelbandpinguins zakken af naar het zuiden, omdat de zee-ijs in noordelijke streken is verdwenen.


Elmar Veerman

Bron: Noorderlicht