Sandew Hira, de Stichting 8 December en de vuilnisbelt van de geschiedenis
Do 7 April 2016 07:07 |
Astrid Essed |
2500 keer bekeken |
0 reacties |
0 x aanbevolen |
Artikel voorlezen
STRAFFELOOSHEIDSPROJECT SANDEW HIRA EN DE STICHTING
8 DECEMBER/WIE HOORT ER EIGENLIJK THUIS OP DE VUILNISBELT VAN DE GESCHIEDENIS?
ZIE OOK
''Sandew Hira, King of India, Lord of Suriname, Duke of Uttar Pradesh and
Kashmir, Count of Bangladesh, to my loyal subjects, Greeting'' [1]
VOORAF:
Wie direct door wil gaan naar mijn mening over de recente discussie
tussen Sandew Hira en de Stichting 8 December en de onderstaande
inleiding, waarin nog eens wordt ingegaan op Hira´s straffeloosheidsobsessie,
wil overslaan, zie dan het kopje onder II ´´DUEL HIRA EN STICHTING 8 DECEMBER´´
I
HIRA'S ''STRAFFELOOSHEIDSPROJECT''
''GETUIGENIS VAN PRESIDENT BOUTERSE
Doel:
Het vrijwaren van Bouterse en andere militaire verantwoordelijken
voor [oorlogs] misdaden en misdaden tegen de menselijkheid
van strafvervolging.
Het promoten van straffeloosheid dus.[2]
STAPPENOVERZICHT STRAFFELOOSHEIDSPROJECT HIRA
Doel
Hira's Comite voor Slachtoffers en nabestaanden
Hira's amnestiewet
Het lijkt, alsof de grote straffeloosheidsshow, geinitieerd door
wetenschapper en publicist Sandew Hira, steeds ongerijmder en bizarder
vormen aanneemt..
Het begon allemaal met Hira's ''Open Brief aan president Bouterse [3],
waarin deze werd opgeroepen, ''getuigenis'' af te leggen van alle
[ik citeer Hira] ''gebeurtenissen waarbij u betrokken bent geweest en waarbij geweld een bepalende factor is geweest'' [4]
Zonder juridische consequenties, vandaar mijn term ''straffeloosheidsproject''.
Vervolgens, ter promoting van zijn straffeloosheidsproject, ging Hira
de wereld lastigvallen met ellenlange ''persconferenties'' [5],
als ware het ''Koninklijke Proclamaties'' [6] en Hira een absoluut vorst. [7]
Met als bizar dieptepunt:
De persconferentie van 8 December 2016, herdenkingsdag van de slachtoffers van de Decembermoorden [8], waaronder Hira's eigen broer, John Baboeram. [9]
Dat Hira bij een aangekondigde ontmoeting met president en ex dictator
D. Bouterse, voorafgaande aan zijn interview, gezellig een boswandeling ging
maken en een biertje dronk op een boomstronk [10], is natuurlijk zijn eigen keuze en zaak.
Ware het niet, dat hij zijn straffeloosheidsproject aan het Surinaamse volk
opdringt, hij groepen nabestaanden tegen elkaar uitspeelt en met modder gooit naar
naar diegenen, die WEL ijveren voor berechting van [oorlogs] misdaden
en misdaden tegen de menselijkheid [11], waaronder [het kan niet genoeg gezegd]
Hira's eigen broer, John Baboeram. [12]
COMITE VOOR SLACHTOFFERS EN NABESTAANDEN POLITIEK GEWELD
Nu is Hira dan zover, dat hij een ''Comite voor Slachtoffers en Nabestaanden
van Politiek Geweld'' in het leven heeft geroepen [13], die een Dag van
Nationale Rouw op 30 juni organiseren, waarbij opvalt, dat Hira als
''slachtoffers'' iedereen over een kam scheert:
''[Burger] slachtoffers, Geexecuteerde en gefolterde krijgsgevangen
militairen [of strijders van het Jungle Commando] en gesneuvelde militairen
[strijders] [14]
Terwijl duidelijk mag zijn, dat in de twee eerste categorieeen sprake is
van internationale mensenrechtenschendingen [15], maar in het laatste
geval [gesneuvelde militairen/strijders] van combatanten. [16]
HIRA'S PARDON BEING KING OF INDIA AND
LORD OF SURINAME
En Hira verordonneert.
Als ware hij een absoluut vorst [ik gebruik die term niet voor niets]
stapt hij bij de minister van Justitie binnen, legt een plan voor,
waarbij de twee eerdere amnestiewetten [die van 1992 en 2012]
worden ingetrokken en vervangen door een ''algemene amnestiewet''
te verlenen voor ” alle processen van geweld sinds de onafhankelijkheid” [17]
Waarbij de minister direct alle medewerking toezegt.[18]
Zeg nu zelf:
Welke Surinamer kan zomaar bij een minister binnenstappen, een
plan presenteren en direct stemt de minister toe?
Dat riekt naar ''absolute macht'' in het geval van Hira, contacten
op een zeker hoog niveau, waaraan hij zelf refereert. [19]
Dat is de vorm;
De inhoudelijke kant is, zoals reeds gezegd, de rechtsgang torpederen
en [oorlogs]misdadigers en misdadigers tegen de menselijkheid vrijuit
te willen laten gaan.
Hira verdedigt dit in zijn ellenlange persconferenties met alle
mogelijke drogredenaties zoals intimidatie met geweld, dat anders
de Surinaamse samenleving zou verscheuren [waarvoor hij
geen enkel bewijs aandraagt [20], zijn reeds genoemde tactiek van laster en moddergooierij en het tegen elkaar uitspelen van groepen nabestaanden [21], zijn misbruik van het begrip ''Decolonizing the
Mind'' [22] en wat dies meer zij.
Leest u zijn eindeloze verhalen maar na.
Maar waar het op neer komt, is dat hij, met een rookgordijn aan
volzinnen en schier eindeloos geleuter [excusez let mots] probeert
recht te praten, wat krom is.
VOOR DEZE MISDADEN VRAAGT SANDEW HIRA AMNESTIE
Het is wel nuttig, nog even stil te staan bij waarvoor Sandew Hira eigenlijk
amnestie vraagt
Welnu, voor alle ´´” alle processen van geweld sinds de onafhankelijkheid”
(23).
Een greep uit deze ´´processen van geweld´´
Ze beginnen met de militaire coup in 1980
door Bouterse c.s. (24) en behelsen onder andere
openbare afranselingen van plunderaars (25), arrestaties op vage gronden
en de slechte detentieomstandigheden/
voormalige politici van de zogenaamde oude politiek
en ”dissidente” militairen ,
standrechtelijke executies, van tegencouper W. Hawker en 15 critici
van het militaire regime (de Decembermoorden), culminerend in de
door het Inter Amerikaanse Hof voor de Mensenrechten veroordeelde
massaslachting te Moiwana door het Nationaal Leger, tijdens de
Binnenlandse Oorlog. (26)
Die veroordeling behelste onder andere de eis aan de Surinaamse Staat
tot vervolging van de verantwoordelijken, het aanbieden van
excuses en betaling van
schadevergoeding aan de slachtoffers. (27)
Die excuses en schadevergoeding kwamen er (28), maar van de vervolging is
nooit iets terechtgekomen. (29)
Voeg daaraan toe andere tijdens de Binnenlandse Oorlog
gepleegde (oorlogs) misdaden door het Nationaal Leger EN
het Jungle Commando onder leiding van R. Brunswijk (tot
1985 lijfwacht van legerbevelhebber D. Bouterse) en u krijgt
een ´´fraai´´ beeld van de oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid, waarvan Sandew Hira vindt, dat de verantwoordelijken
vrijuit moeten gaan.
OPMERKING
Internationaalrechtelijk is amnestie voor Internationale
misdrijven (30) weliswaar niet strict verboden, maar
onder invloed van de komst van het Internationaal Strafhof (31),
is de rechtsovertuiging gegroeid dat aan plegers van ernstige internationale misdrijven nooit amnestie behoort te worden verleend. (32)
Maar los daarvan
Het zou tegen alle democratische en humanitaire principes
indruisen, als misdadigers van een dergelijk kaliber er maar
mee weg konden komen.
Principes, die Sandew Hira en de verdedigers van straffeloosheid
kennelijk niet hanteren.
HET DUEL
SANDEW HIRA VERSUS DE STICHTING 8 DECEMBER
Vanaf de aankondiging van Hira's straffeloosheidsproject [33]
zaten Sandew Hira en de Stichting 8 December 1982 (voorzitter
Sunil Oemrawsingh), elkaar in de haren.
Hira verdedigde zijn ''Getuigenis van president Bouterse´´ ¨
project ¨ ¨(straffeloosheid dus), terwijl de Stichting 8 December
bleef vasthouden aan het terechte standpunt, dat de verantwoordelijken
voor de 8 Decembermoorden en andere misdaden voor de rechter
dienden te komen.
Schrijfster dezes onderschrijft het standpunt van de Stichting 8
December.
Ik ga hier niet in op al dat geschrijf over en weer, alleen op
de reactie van de Stichting 8 December op Hira´s persconferentie
van 10 maart ¨(34) , getiteld ´´Internationale Misdrijven en de
tweede zelfamnestiewet´´ (35) en het antwoord van Hira ´´Antwoord
aan Stichting 8 December´´ (36)
II
DUEL HIRA EN STICHTING 8 DECEMBER/
STICHTING 8 DECEMBER AAN ZET
´´INTERNATIONALE MISDRIJVEN EN DE TWEEDE ZELFAMNESTIEWET´´
In haar betoog ''Internationale Misdrijven en de Tweede
Zelfamnestiewet'' [37] weerlegt de Stichting 8 December de straffeloosheidsobsessie van Hira [38] en wijst zijn uitnodiging,
deel te nemen aan de door zijn Comite georganiseerde ''Dag van Nationale Rouw'' op 30 juni anno Domini 2016 [39] van de hand.
De argumenten zijn glashelder, ik had het zelf niet beter kunnen zeggen:
Op waardige wijze verwijst de Stichting naar zowel de door het militaire
bewind Bouterse als door het Jungle Commando gepleegde [oorlogs] misdaden en misdaden,
tegen de menselijkheid [die, wellicht, het topje van de ijsberg zijn] [40] en vooral het feit, wat iedere Koe van Zondag
zou moeten kunnen begrijpen en onderschrijven:
Dat verdachten van dergelijke misdrijven vervolgd en berecht dienen
te worden en dat amnestie niet alleen internationaalrechtelijk als
onacceptabel beschouwd wordt, maar ook vanuit ieder humanitair
oogpunt en universeel beschavingsprincipe A SHAME AND DISGRACE
is!
Dat de door Hira en consorten bepleite straffeloosheid een verdere
rechteloosheid in de Surinaamse samenleving creeert. [41]
En terecht stelt de Stichting 8 December, dat Hira, die beweert ''de slachtoffers
en nabestaanden centraal te stellen'' in de door hem bepleite nieuwe
amnestiewet [als vervanging van die van 1992 en 2012] [42],
de nabestaanden en slachtoffers, door zijn straffeloosheidsproject,
berooft van hun internationaal erkend mensenrecht op een eerlijk
proces. [43]
Een goed doorwrocht statement, in de beste tradities
van respect voor mensenrechten en humanitaire principes.
[44]
SANDEW HIRA: ANTWOORD AAN STICHTING 8 DECEMBER
De walrus sprak: De tijd is daar
Om over allerlei te praten:
Een schoen, een schip, een kandelaar,
Of koningen ook liegen
En of de zee soms koken kan
En een biggetje kan vliegen
Vrij naar Alice in Wonderland:
''The walrus and the carpenter''
Dit is een citaat uit ''De Walrus en de Timmerman'' uit Alice in Wonderland. [45]
Pure onzin, inderdaad, maar bedoeld om de aandacht af te leiden waar het in
werkelijkheid om gaat:
Het opeten van de oesters. [46]
Hira doet niet anders:
Geen inhoudelijke argumentatie, maar
ellenlange ''persconferenties''
[47], waar de lezer geen touw aan kan vastknopen en
karaktermoord op voorstanders van vervolging van [oorlogs]
misdaden en misdaden tegen de menselijkheid [48]
Er alleen maar op gericht, om
de aandacht af te leiden van zijn straffeloosheidsshow [49], met als
doel de door het militaire regime begane misdaden vrijuit te laten gaan.
Dat daarbij ook misdadigers van het Jungle Commando vrijuit gaan [50]
is voor hem ook prima.
HIRA'S GROTE TEGEN ELKAAR UITSPEELSHOW
Wat hij ook als afleidingstruc gebruikt heeft, is groepen nabestaanden
tegen elkaar uit te spelen door te suggereren, dat de Stichting 8
December en het Comite Herdenking Slachtoffers Suriname
[voorzitter Romeo Hoost] alleen bezig zijn met het leed van de 8
December nabestaanden. [51]
Op niet misverstane wijze heeft de Stichting 8 December Hira hierover
van repliek gediend. [52]
In zijn ''Antwoord aan de Stichting 8 December'' [53] krijgen we weer
de grote tegen elkaar uitspeelshow.
Hira schrijft
''De stichting spreekt over de tweede zelfamnestie wet. Maar hoe noem je de eerste wet die het Jungle Commando vrijpleitte voor de misdaden waar de stichting over zwijgt en die intussen algemeen bekend zijn? Waarom niet gewoon bij de feiten blijven, namelijk dat er twee amnestiewetten zijn geweest en niet één, zoals de stichting suggereert door de derde wet die ik voorstel als tweede wet aan te duiden.'' [54]
Hiermee suggereert hij, dat de Stichting slechts bezig is met het leed van nabestaanden, veroorzaakt door het militaire regime'
Niets is minder waar.
Ik laat de Stichting aan het woord in het stuk ''Internationale Misdrijven en
de Tweede Zelfamnestiewet'' [55], waarop Hira dus heeft gereageerd in
''Antwoord aan de Stichting 8 December'' [56]
''De Stichting 8 december 1982 reikt de hand aan alle slachtoffers en nabestaanden van politicide, oorlogsmisdrijven en oorlogsgeweld, aan alle vaderlandslievende, democratische en vredelievende landgenoten, die met respect voor de grondwet, de internationale mensenrechtenverdragen en de onafhankelijke rechtsgang, willen samenwerken voor waarheid, gerechtigheid, reparatie en nationale verzoening'' [57]
STICHTING 8 DECEMBER ''POLITIEK'' BEZIG?
Daarbij heeft Hira, nota bene ook nabestaande van 8 December [zijn broer
de advocaat John Baboeram was, zoals eerder vermeld onder noot 9, een
van de Decemberslachtoffers], het lef de Stichting 8 December ervan te
betichtigen ''politiek'' bezig te zijn.
Hira maar weer eens geciteerd:
''
De stichting spreekt over straffeloosheid die door de derde wet zou worden ingesteld. Waarom spreekt de stichting niet over straffeloosheid die de eerste wet heeft ingesteld en die betrekking heeft op de slachtoffers van de Binnenlandse Oorlog. Waarom worden alleen de 39 slachtoffers van Moiwana en de 15 slachtoffers van 8 december als slachtoffer erkend en het slachtofferschap van de honderden anderen die zijn omgekomen, ontkend? Juist als je slachtoffer bent van politiek geweld zoals 8 december zou je toch meer inlevingsvermogen moeten hebben voor andere nabestaanden?
Door deze houding is de stichting bezig met politiek en niet met rechtvaardigheid en moraliteit.'' [58]
Ik ben al ingegaan op de nonsens van Hira, dat de Stichting 8 December alleen
de slachtoffers van het militaire regime Bouterse zou tellen [zie onder
''HIRA'S GROTE TEGEN ELKAAR UITSPEELSHOW''], wat apert onjuist is.
En in het verlengde daarvan zou de Stichting nu dan ''politiek''.
Sinds wanneer ben je ''politiek'' bezig, wanneer je pleit voor berechting
van [oorlogs] misdaden en misdaden tegen de menselijkheid en je je
verzet tegen straffeloosheid?
Het is Hira, die ''politiek'' bezig is door verantwoordelijken voor internationale
misdrijven [59] vrijuit te willen laten gaan, verdachten en slachtoffers op een hoop
te gooien [60] en met modder te gooien naar strijders voor gerechtigheid. [61]
En op grond van zijn leugenachtige statement [62], dat de Stichting 8 December
niet geinteresseerd zou zijn in andere slachtoffers van 8 December en Moiwana
schrijft Hira
''Met deze houding is de Stichting 8 December hard op weg een plaats te vinden op de vuilnisbelt van de geschiedenis.'' [63]
Waarom?
Omdat de Stichting 8 December zijn straffeloosheidsshow aan de kaak stelt [64]
en WEL de verantwoordelijken voor de ernstigste misdaden ter wereld, berecht
wil zien.
EPILOOG
''Een plaats vinden op de vuilnisbelt van de geschiedenis'' [65]
Dat is nogal wat.
Want dat is, wat Sandew Hira, straffeloosheidsprofeet van Suriname [66]
de Stichting 8 December 1982, die sinds jaar en dag ijvert voor
gerechtigheid van de Decembermoordenslachtoffers, waaronder Hira's
eigen broer [67] toedicht. [68]
Dat dit in de persoonlijke zin laag is [het betreft Hira's eigen broer],
laat ik bij Hira en zegt slechts iets over zijn verbetenheid, recht
te praten, wat krom is.
Wat het algemeen mensenrechtelijke betreft:
Want dat gaat mij en met mij alle democratische en humanitair
denkende mensen, wel aan:
Hira zet de wereld op zijn kop:
Zijn ellenlange ''persconferenties'' [69], het tegen elkaar uitspelen van
groepen nabestaanden [70], het op een hoop gooien van alle doden,
waarbij gesneuvelde militairen/strijders ook ''slachtoffers'' wiorden genoemd
[71], de intimidatie en moddergooierij naar voorstanders van een proces [72],
waaronder zijn lage ''vuilnisbelt'' opmerking [73], DAT ALLES HEEFT MAAR EEN DOEL:
Het promoten van straffeloosheid voor oorlogsmisdadigers en misdadigers
tegen de menselijkheid, waarmee het onrecht in stand wordt gehouden.
CONCLUSIE:
Niet de Stichting 8 December 1982 is hard op weg, een plaats te
vinden op de vuilnisbelt van de geschiedenis, maar het straffeloosheidsproject
van Sandew Hira.
RECHT EN WAARHEID MAKEN VRIJ!
Astrid Essed
ZIE VOOR NOTEN
DUEL SANDEW HIRA EN DE STICHTING 8 DECEMBER 1982
DAARONDER NOTENAPPARAAT
STATEMENT STICHTING 8 DECEMBER 1982, IN REACTIE OP DE
PERSCONFERENTIE VAN SANDEW HIRA VAN 10 MAART 2016 EN DE REPLIEK VAN SANDEW HIRA OP DE STICHTING 8 DECEMBER
INTERNATIONALE MISDRIJVEN EN DE TWEEDE ZELFAMNESTIEWET
14 MAART 2016
LINK
TEKST
14 Mar, 18:37
Politicide, het vermoorden van mensen vanwege hun politieke overtuigingen (zoals in het geval van de decembermoorden, die in vredestijd plaatsvonden) en oorlogsmisdrijven (zoals de massaslachting te Moiwana) zijn internationale misdrijven omdat zij vanwege aard, ernst en context, schendingen zijn van het internationaal strafrecht. Professor John Dugard, Zuid-Afrikaans en internationaal rechtsgeleerde en vooraanstaand criticus van de apartheid, heeft op basis van uitgebreid onderzoek geconcludeerd dat de decembermoorden en –folteringen, kwalificeren als misdrijven tegen de menselijkheid. Ten aanzien van de massaslachting te Moiwana, het meest grootschalige oorlogsmisdrijf tijdens de Binnenlandse Oorlog, waarbij ook ouderen, vrouwen en kinderen door een eenheid van het Nationaal Leger werden vermoord, kwam de Inter-Amerikaanse Commissie voor de Mensenrechten van de OAS tot dezelfde delictsomschrijving: misdrijven tegen de menselijkheid.
De verantwoordelijken voor oorlogsmisdrijven van alle oorlogvoerende partijen in de onrechtvaardige Binnenlandse Oorlog, van het Nationaal Leger tot Junglecommando en Tukayana Amazonas, komen dan ook in aanmerking voor de jus cogens* plicht tot rechtsvervolging. Echter, vanwege de cultuur van de straffeloosheid, tijdens en na de militaire dictatuur, werd niet alleen het 8 Decemberstrafproces door de verantwoordelijken voor die misdrijven, met misbruik van de staatsmacht, geobstrueerd, ook de vervolging van andere misdrijven, zoals die in de Binnenlandse Oorlog, werd tegengehouden of gefrustreerd. Zo werd inspecteur Herman Gooding nabij het Kabinet van de toenmalige bevelhebber Bouterse, die Gooding op zijn politiek podium had bedreigd, in koele bloede doodgeschoten en stuitte het onderzoek naar de lafhartige moord op ‘blinde muren’. Gooding deed onderzoek naar de massaslachting onder de Marron bevolking van het dorp Moiwana van 29 november 1986, dit jaar 30 jaar geleden.
Tweede Zelfamnetiewet?
Sandew Hira, de door de regering van president-hoofdverdachte Bouterse ‘in natura’ gefaciliteerde trekker van de pro-straffeloosheid ‘waarheidsvinding’. Hij werpt zich nu, nog voordat zijn onderzoek is afgerond, op als pleitbezorger van vervanging van de huidige, omstreden amnestiewetgeving door een ‘algemene amnestiewet’. In de tweede zelfamnestiewet (want weer onder presidentschap van de hoofdverdachte), zouden de slachtoffers en nabestaanden centraal worden gesteld in de vorm van financiële compensatie. Maar hoe stel je slachtoffers en nabestaanden centraal als je hen van hun internationaal erkend mensenrecht op een eerlijk proces berooft? Als je de grondwet en internationale mensenrechten verdragen schendt?! Als je amnestie voor internationale misdrijven, waaronder misdrijven tegen de menselijkheid, bepleit?!
Bovendien, er is helemaal geen amnestiewet nodig om te voorzien in reparatie (compensatie) voor slachtoffers en nabestaanden, dat kan ook zonder amnestiewet wettelijk en/of bestuurlijk worden geregeld. Maar de tweede zelfamnestiewet is om een heel andere, verzwegen reden noodzakelijk. In de eerste zelfamnestiewet van 2012 zijn grote juridische blunders geslopen, zowel in de delictsomschrijvingen als tijdlijnen, waardoor formeel juridisch de verdachten van de decembermoorden buiten de toepassing van de amnestiewet vallen. Dat hebben de nabestaanden en hun gemachtigde advocaten in hun verzoekschrift van 13 augustus 2012 aan het Hof van Justitie, haarfijn uitgelegd. In de tweede zelfamnestiewet kunnen de juridische blunders van de eerste zelfamnestiewet worden gerepareerd en de strafvervolging van de hoofdverdachte effectiever worden geobstrueerd.
Uitgangspunt en einddoel van heel de anti-8 Decemberstrafproces propaganda offensief, is duurzame straffeloosheid van de verdachten. De zelfamnestiewet is wetgeving ad hominum (persoonsgerichte wetgeving), wet versus recht, rechtsongelijkheid, een flagrante schending van het beginsel dat iedereen gelijk is voor de wet, zeker als het internationale misdrijven betreft. De ‘waarheidsvinding‘ met de partijdige naam ‘De Getuigenis van President Bouterse’ (in hoofdletters), heeft slechts de functie van moreel rookgordijn.
Is straffeloosheid goed genoeg voor Surinamers?
De Stichting 8 december 1982 ziet de recente aanvallen op het strafrecht en de verdedigers van een onafhankelijke rechtsgang – met gebruikmaking van politieke demagogie en intimidatie van de rechterlijke macht, inclusief het Openbaar Ministerie, als een regelrechte bedreiging van de democratische rechtsstaat en daarmee van de grondslag van nationale verzoening en sociale vooruitgang. Zij zal dan ook niet deelnemen aan een door het regime van de straffeloosheid gedicteerde ‘Dag van Nationale Rouw’, die fungeert als mantel der liefde voor de straffeloosheid en waar op de van boven opgelegde ceremonie het slachtoffers en nabestaanden is verboden de verwerpelijke aanmatiging van de verantwoordelijken voor ernstige mensenrechtenschendingen en misdrijven tegen de menselijkheid, om te beslissen over leven en dood van de Surinamers, publiekelijk aan te klagen.
De Stichting 8 december 1982 reikt de hand aan alle slachtoffers en nabestaanden van politicide, oorlogsmisdrijven en oorlogsgeweld, aan alle vaderlandslievende, democratische en vredelievende landgenoten, die met respect voor de grondwet, de internationale mensenrechtenverdragen en de onafhankelijke rechtsgang, willen samenwerken voor waarheid, gerechtigheid, reparatie en nationale verzoening. Zij zal de koloniale opvatting dat straffeloosheid goed genoeg is voor de Surinamers, blijven verwerpen. Gelijk de volkeren aller landen, inclusief die van Nederland en andere westerse landen, hebben de Surinamers recht op de bescherming van de internationale mensenrechten verdragen en het internationaal strafrecht. Amnestie voor internationale misdrijven is een ernstige schending van de mensenrechten en het internationaal strafrecht en een miskenning van de menselijke (gelijk)waardigheid van de slachtoffers en nabestaanden.
*Jus cogens (of ius cogens = Latijn: 'dwingend recht') is een term uit het internationaal recht die verwijst naar regels die door (bijna) alle staten aanvaard worden en voor de internationale gemeenschap van fundamenteel belang zijn. Jus cogens is dwingend recht: rechten en verdragen die altijd gelden, ook al heeft een staat daar niet expliciet mee ingestemd.
De verantwoordelijken voor oorlogsmisdrijven van alle oorlogvoerende partijen in de onrechtvaardige Binnenlandse Oorlog, van het Nationaal Leger tot Junglecommando en Tukayana Amazonas, komen dan ook in aanmerking voor de jus cogens* plicht tot rechtsvervolging. Echter, vanwege de cultuur van de straffeloosheid, tijdens en na de militaire dictatuur, werd niet alleen het 8 Decemberstrafproces door de verantwoordelijken voor die misdrijven, met misbruik van de staatsmacht, geobstrueerd, ook de vervolging van andere misdrijven, zoals die in de Binnenlandse Oorlog, werd tegengehouden of gefrustreerd. Zo werd inspecteur Herman Gooding nabij het Kabinet van de toenmalige bevelhebber Bouterse, die Gooding op zijn politiek podium had bedreigd, in koele bloede doodgeschoten en stuitte het onderzoek naar de lafhartige moord op ‘blinde muren’. Gooding deed onderzoek naar de massaslachting onder de Marron bevolking van het dorp Moiwana van 29 november 1986, dit jaar 30 jaar geleden.
Tweede Zelfamnetiewet?
Sandew Hira, de door de regering van president-hoofdverdachte Bouterse ‘in natura’ gefaciliteerde trekker van de pro-straffeloosheid ‘waarheidsvinding’. Hij werpt zich nu, nog voordat zijn onderzoek is afgerond, op als pleitbezorger van vervanging van de huidige, omstreden amnestiewetgeving door een ‘algemene amnestiewet’. In de tweede zelfamnestiewet (want weer onder presidentschap van de hoofdverdachte), zouden de slachtoffers en nabestaanden centraal worden gesteld in de vorm van financiële compensatie. Maar hoe stel je slachtoffers en nabestaanden centraal als je hen van hun internationaal erkend mensenrecht op een eerlijk proces berooft? Als je de grondwet en internationale mensenrechten verdragen schendt?! Als je amnestie voor internationale misdrijven, waaronder misdrijven tegen de menselijkheid, bepleit?!
Bovendien, er is helemaal geen amnestiewet nodig om te voorzien in reparatie (compensatie) voor slachtoffers en nabestaanden, dat kan ook zonder amnestiewet wettelijk en/of bestuurlijk worden geregeld. Maar de tweede zelfamnestiewet is om een heel andere, verzwegen reden noodzakelijk. In de eerste zelfamnestiewet van 2012 zijn grote juridische blunders geslopen, zowel in de delictsomschrijvingen als tijdlijnen, waardoor formeel juridisch de verdachten van de decembermoorden buiten de toepassing van de amnestiewet vallen. Dat hebben de nabestaanden en hun gemachtigde advocaten in hun verzoekschrift van 13 augustus 2012 aan het Hof van Justitie, haarfijn uitgelegd. In de tweede zelfamnestiewet kunnen de juridische blunders van de eerste zelfamnestiewet worden gerepareerd en de strafvervolging van de hoofdverdachte effectiever worden geobstrueerd.
Uitgangspunt en einddoel van heel de anti-8 Decemberstrafproces propaganda offensief, is duurzame straffeloosheid van de verdachten. De zelfamnestiewet is wetgeving ad hominum (persoonsgerichte wetgeving), wet versus recht, rechtsongelijkheid, een flagrante schending van het beginsel dat iedereen gelijk is voor de wet, zeker als het internationale misdrijven betreft. De ‘waarheidsvinding‘ met de partijdige naam ‘De Getuigenis van President Bouterse’ (in hoofdletters), heeft slechts de functie van moreel rookgordijn.
Is straffeloosheid goed genoeg voor Surinamers?
De Stichting 8 december 1982 ziet de recente aanvallen op het strafrecht en de verdedigers van een onafhankelijke rechtsgang – met gebruikmaking van politieke demagogie en intimidatie van de rechterlijke macht, inclusief het Openbaar Ministerie, als een regelrechte bedreiging van de democratische rechtsstaat en daarmee van de grondslag van nationale verzoening en sociale vooruitgang. Zij zal dan ook niet deelnemen aan een door het regime van de straffeloosheid gedicteerde ‘Dag van Nationale Rouw’, die fungeert als mantel der liefde voor de straffeloosheid en waar op de van boven opgelegde ceremonie het slachtoffers en nabestaanden is verboden de verwerpelijke aanmatiging van de verantwoordelijken voor ernstige mensenrechtenschendingen en misdrijven tegen de menselijkheid, om te beslissen over leven en dood van de Surinamers, publiekelijk aan te klagen.
De Stichting 8 december 1982 reikt de hand aan alle slachtoffers en nabestaanden van politicide, oorlogsmisdrijven en oorlogsgeweld, aan alle vaderlandslievende, democratische en vredelievende landgenoten, die met respect voor de grondwet, de internationale mensenrechtenverdragen en de onafhankelijke rechtsgang, willen samenwerken voor waarheid, gerechtigheid, reparatie en nationale verzoening. Zij zal de koloniale opvatting dat straffeloosheid goed genoeg is voor de Surinamers, blijven verwerpen. Gelijk de volkeren aller landen, inclusief die van Nederland en andere westerse landen, hebben de Surinamers recht op de bescherming van de internationale mensenrechten verdragen en het internationaal strafrecht. Amnestie voor internationale misdrijven is een ernstige schending van de mensenrechten en het internationaal strafrecht en een miskenning van de menselijke (gelijk)waardigheid van de slachtoffers en nabestaanden.
*Jus cogens (of ius cogens = Latijn: 'dwingend recht') is een term uit het internationaal recht die verwijst naar regels die door (bijna) alle staten aanvaard worden en voor de internationale gemeenschap van fundamenteel belang zijn. Jus cogens is dwingend recht: rechten en verdragen die altijd gelden, ook al heeft een staat daar niet expliciet mee ingestemd.
REPLIEK VAN SANDEW HIRA:
ANTWOORD AAN STICHTING 8 DECEMBER
SANDEW HIRA
16 MAART 2016
LINK
TEKST
16 Mar, 14:32
De Stichting 8 December heeft in Starnieuws gereageerd op mijn voorstel voor de intrekking van de twee amnestiewetten en het indienen van een nieuwe amnestiewet die de slachtoffers centraal stelt. Ook geeft de stichting haar mening over mijn voorstel om een Dag van Nationale Rouw in te stellen. De argumentatie is een combinatie van persoonlijke aanvallen op mijn karakter en een manipulatie van feiten. De persoonlijke aanvallen op mijn karakter ga ik niet beantwoorden. Ik wil ingaan op de manipulatie van de feiten.
De stichting spreekt over de tweede zelfamnestie wet. Maar hoe noem je de eerste wet die het Jungle Commando vrijpleitte voor de misdaden waar de stichting over zwijgt en die intussen algemeen bekend zijn? Waarom niet gewoon bij de feiten blijven, namelijk dat er twee amnestiewetten zijn geweest en niet één, zoals de stichting suggereert door de derde wet die ik voorstel als tweede wet aan te duiden.
De stichting spreekt over straffeloosheid die door de derde wet zou worden ingesteld. Waarom spreekt de stichting niet over straffeloosheid die de eerste wet heeft ingesteld en die betrekking heeft op de slachtoffers van de Binnenlandse Oorlog. Waarom worden alleen de 39 slachtoffers van Moiwana en de 15 slachtoffers van 8 december als slachtoffer erkend en het slachtofferschap van de honderden anderen die zijn omgekomen, ontkend? Juist als je slachtoffer bent van politiek geweld zoals 8 december zou je toch meer inlevingsvermogen moeten hebben voor andere nabestaanden?
Door deze houding is de stichting bezig met politiek en niet met rechtvaardigheid en moraliteit. Op basis van haar politieke standpunten wijst ze de Dag van Nationale Rouw af. Dit is een initiatief vanuit slachtoffers, maar de stichting presenteert het als een van boven opgelegd voorstel. Waarom deze bewuste verdraaiing van de feiten? Waarom is het onmogelijk dat slachtoffers zelf op het idee kunnen komen dat er een Dag van Nationale Rouw moet worden georganiseerd? Het is niet alleen een volledig gebrek aan respect voor de andere nabestaanden, het is ook nog eens een verdraaiing van de feiten.
De stichting zegt een hand te willen reiken aan alle slachtoffers maar stelt vervolgens voorwaarden aan die handreiking, namelijk dat de gesprekspartner vooraf haar politieke opvattingen moet onderschrijven. Waarom die voorwaarde? Waarom gaan we niet zonder enige voorwaarde als slachtoffers met elkaar om de tafel zitten en een conversatie starten? Ik hoop dat de stichting de voorwaarde voor een gesprek laat vallen en alsnog een oprechte handreiking doet door een gesprek te starten zonder enige conditie vooraf.
In het 35-jaar durende conflict in Suriname dat uitgemond is in processen van geweld is de tijd aangebroken om te erkennen dat er minimaal twee partijen waren in dit conflict en slachtoffers zijn gevallen aan alle kanten. De feiten over de misdaden van alle betrokken partijen zijn intussen algemeen bekend. Die erkenning is cruciaal om verder te gaan met elkaar. Die erkenning is nu meer dan ooit aanwezig. Het is jammer dat de Stichting 8 December niet wil deelnemen aan een rouwbijeenkomst waarin ook van de slachtoffers van 8 december zullen worden herdacht. Hun namen zullen ook voorgelezen worden tijdens de herdenking. We zullen één minuut stilte vragen en ook hen daarbij gedenken.
Door de weigering om deel te nemen aan de Dag van Nationale Rouw laat ze zien dat het hen niet gaat om de verwerking van verdriet en om rouw, maar om politiek. De stichting wil op 8 december alleen de slachtoffers van 8 december en Moiwana herdenken. Waarom ook niet de andere slachtoffers herdenken? Dat zou toch heel menselijk zijn geweest?
Met deze houding is de Stichting 8 December hard op weg een plaats te vinden op de vuilnisbelt van de geschiedenis.
Sandew Hira
De stichting spreekt over de tweede zelfamnestie wet. Maar hoe noem je de eerste wet die het Jungle Commando vrijpleitte voor de misdaden waar de stichting over zwijgt en die intussen algemeen bekend zijn? Waarom niet gewoon bij de feiten blijven, namelijk dat er twee amnestiewetten zijn geweest en niet één, zoals de stichting suggereert door de derde wet die ik voorstel als tweede wet aan te duiden.
De stichting spreekt over straffeloosheid die door de derde wet zou worden ingesteld. Waarom spreekt de stichting niet over straffeloosheid die de eerste wet heeft ingesteld en die betrekking heeft op de slachtoffers van de Binnenlandse Oorlog. Waarom worden alleen de 39 slachtoffers van Moiwana en de 15 slachtoffers van 8 december als slachtoffer erkend en het slachtofferschap van de honderden anderen die zijn omgekomen, ontkend? Juist als je slachtoffer bent van politiek geweld zoals 8 december zou je toch meer inlevingsvermogen moeten hebben voor andere nabestaanden?
Door deze houding is de stichting bezig met politiek en niet met rechtvaardigheid en moraliteit. Op basis van haar politieke standpunten wijst ze de Dag van Nationale Rouw af. Dit is een initiatief vanuit slachtoffers, maar de stichting presenteert het als een van boven opgelegd voorstel. Waarom deze bewuste verdraaiing van de feiten? Waarom is het onmogelijk dat slachtoffers zelf op het idee kunnen komen dat er een Dag van Nationale Rouw moet worden georganiseerd? Het is niet alleen een volledig gebrek aan respect voor de andere nabestaanden, het is ook nog eens een verdraaiing van de feiten.
De stichting zegt een hand te willen reiken aan alle slachtoffers maar stelt vervolgens voorwaarden aan die handreiking, namelijk dat de gesprekspartner vooraf haar politieke opvattingen moet onderschrijven. Waarom die voorwaarde? Waarom gaan we niet zonder enige voorwaarde als slachtoffers met elkaar om de tafel zitten en een conversatie starten? Ik hoop dat de stichting de voorwaarde voor een gesprek laat vallen en alsnog een oprechte handreiking doet door een gesprek te starten zonder enige conditie vooraf.
In het 35-jaar durende conflict in Suriname dat uitgemond is in processen van geweld is de tijd aangebroken om te erkennen dat er minimaal twee partijen waren in dit conflict en slachtoffers zijn gevallen aan alle kanten. De feiten over de misdaden van alle betrokken partijen zijn intussen algemeen bekend. Die erkenning is cruciaal om verder te gaan met elkaar. Die erkenning is nu meer dan ooit aanwezig. Het is jammer dat de Stichting 8 December niet wil deelnemen aan een rouwbijeenkomst waarin ook van de slachtoffers van 8 december zullen worden herdacht. Hun namen zullen ook voorgelezen worden tijdens de herdenking. We zullen één minuut stilte vragen en ook hen daarbij gedenken.
Door de weigering om deel te nemen aan de Dag van Nationale Rouw laat ze zien dat het hen niet gaat om de verwerking van verdriet en om rouw, maar om politiek. De stichting wil op 8 december alleen de slachtoffers van 8 december en Moiwana herdenken. Waarom ook niet de andere slachtoffers herdenken? Dat zou toch heel menselijk zijn geweest?
Met deze houding is de Stichting 8 December hard op weg een plaats te vinden op de vuilnisbelt van de geschiedenis.
Sandew Hira