Veel bestuurs -en directieteams zijn op de verkeerde manier samengesteld.
In onze samenleving en in veel organisaties om ons heen zien we dat de leiding beter kan. Leiding geven, vanuit een directieteam of vanuit een raad van bestuur, draait om het nemen van beslissingen.
Ik ben van mening dat:
1. Beslissingen in kwaliteit toenemen naarmate het aantal invalshoeken van waaruit gekeken wordt, toeneemt.
2. De leidende groep verantwoordelijk is voor de kwaliteit van de beslissingen.
In een leidend team dat werkelijk alle invalshoeken aan bod wil laten komen (en daardoor betere beslissingen neemt), móet ook de vrouwelijk invalshoek vertegenwoordigd zijn. Hierbij gaan wij er dan wel vanuit dat er zoiets bestaat als een vrouwelijke en een mannelijke manier van kijken naar zaken.
Leidende teams moeten dus de best mogelijke beslissingen nemen en om dit te doen is een gevarieerde samenstelling van zo’n team nodig.
Hier hebben we een probleem, want in de praktijk blijken managementteams voor minder dan 10% uit vrouwen te bestaan. Dat kun je niet gevarieerd samengesteld noemen.
Bottomline zou je kunnen zeggen dat bestuurs –en directieteams zichzelf verkeerd samenstellen.
Het meest gehoorde argument is: “we willen wel een vrouw, maar ze zijn er gewoon niet.”
Ik waag dit ten zeerste te betwijfelen. Een belangrijker oorzaak ligt bij de stijl en houding van veel huidige leiders die gericht is op controleren. Hierdoor krijgen creativiteit en durf minder ruimte. Deze zijn beiden nodig om met succes een teamsamenstelling te veranderen.
Bent u het grondig met mij (on)eens? Laat me weten waarom en maak me wijzer. Dankie daarvoor!