Waarom Nederlandse Turken op een dictator stemmen

Do 16 Juli 2015 21:45 | Bram | 1607 keer bekeken | 0 reacties | 0 x aanbevolen | Artikel voorlezen

Waarom stemmen Nederlandse Turken op een dictator?

 ‘Stem op de AK-partij is reactie op ontwikkelingen in Nederland’, schrijft Froukje Santing en Floris Vermeulen in  NRC van 7 juli. Dat is wellicht waar, maar er zijn andere belangrijke redenen waarom Turken in Nederland massaal op een dictator stemmen en in Nederland op een centrum links partij als de PvdA en D66.

De reden waarom D66 en PvdA de meeste stemmen krijgen van degene die op dictator Erdogan stemt,  is redelijk te verklaren.  Die partijen komen volgens de Turken meer op voor hun rechten dan bijvoorbeeld de VVD. Dit betekent dus dat ze niet zo zeer ideologisch stemmen, maar meer het eigen belang prevaleert. Dit geldt ook voor een deel voor de Nederlandse kiesgerechtigden. In die zin is er dus geen grote verschil tussen de beweegredenen van de Turkse of bijvoorbeeld PVV of CDA aanhang wat betreft stemvoorkeuren.

Maar waarom geeft dezelfde Turk die op D66 stemt later zijn voorkeur in de stembushok voor een ordinaire religieuze dictator? En concreter, waarom stemmen de Turken in Nederland ideologisch als het om de verkiezingen in eigen land gaat?  Voor het gemak worden de Turkse kiezers in opgeleiden en niet opgeleide mannen en vrouwen verdeelt.

Hoogopgeleiden

In Nederland wordt op scholen te weinig aandacht besteed aan lessen over democratie, vrijheid van meningsuiting , onafhankelijk denken, filosofie,  politicologie, en sociologie. Onderwerpen die geest verrijkend en vormend zijn, krijgen op de Nederlandse scholen minder aandacht dan bijvoorbeeld Duitse scholen.  Het gevolg is wel dat zelfs opgeleide Turken blijven vastgeroest met de ideeën die ze van huis uit mee krijgen.  De student haalt wel een graad in de geneeskunde en kan briljant een buikoperatie verrichten, maar maatschappelijk heeft die student een wereldbeeld van zijn ouders.  Geestelijk maatschappelijk bevindt de briljante student zich ergens in de Ottomaanse Rijk van de 18de en 19de eeuw. Dit betekent dus vasten in de Ramadan, naar moskee gaan, Islamitische baard, het liefst trouwen met een partner uit Turkije, geen Italiaanse kledingsnit, weinig bezoek aan een theater of een klassieke concert,  geen lidmaatschap bij een tennisclub en laat staan een biertje drinken in het weekend op een terras.  Dit geldt trouwens niet alleen voor de Turken, maar ook  andere volkeren als de Koerden, Arabieren, Joden en Assyriërs uit het Midden-Oosten volgen hoogopgeleide kinderen voor een goed deel zeer (ouderwetse) denkbeelden van hun ouders op. In het verre verleden is dit in Nederland niet anders geweest. Kinderen van protestanten stemmen gewoon op de partij van vader en moeder en dit geldt ook voor de katholieken. In die fase bevindt een deel van de Turkse opgeleide kiezers wat betreft een stem op een dictator.  En het zal nog even duren voordat de jonge generatie afscheid zal nemen van zijn ouders wat betreft wereld denkbeelden.  Het kan zelfs nog twee of drie generaties duren.  Niettemin is het een treurig beeld dat een student aan de Universiteit van Amsterdam met al har verscheidenheid toch in het stemhokje voor Erdogan kiest.

De generatie dat voor een groot deel van hun leven in Turkije heeft doorgebracht is inmiddels in de minderheid in Nederland.  De ouders van de geneeskunde student hebben deels in Turkije hun eerste levensjaren doorgebracht en deels in Nederland.  Deze groep is de grootste in Nederland en is bepalend factor voor de grote massa stemmen op Erdogan. De binding vooral geestelijk met Turkije is nog aardig aanwezig. Deze generatie kijkt Turkse televisie en gaat als het financieel kan elk jaar op vakantie naar Turkije en bezit een tweede huis in een afgelegen saai dorp ergens in Anatolië. Deze generatie is kwa waarden en normen veel meer Turks dan Nederlands. Maar kan toch niet meer goed aarden in Turkije.  Als zij in Nederland zijn, begint de heimwee naar Turkije en eenmaal op vakantie in Turkije klagen zij over alles wat niet goed georganiseerd is in hun oorspronkelijke vaderland.  Het enige moment van heimwee naar hun nieuwe vaderland is dan even zichtbaar.  Deze groep stemt ideologisch op Erdogan en heeft helaas ook invloed op de hoogopgeleide student geneeskunde.  Het noemen van een ideologisch stem is wellicht overdreven, want bij deze meestal zeer laag opgeleiden kan moeilijk een goed ideologie waargenomen worden.  De overgrote meerderheid is zo laag ontwikkelt dat zelfs tekenen van ideologie niet waarneembaar is.  Het is meer bezoek naar de moskee en koffiehuis hun ideologie.  Ze zijn wel moslims, maar de koran hebben ze niet echt gelezen of begrepen. De reden voor deze groep om op Erdogan te stemmen heeft te maken op de eerste plaats met de omgeving in de moskee, de vereniging en de buurt waar ze leven. In de moskee en de vereniging wordt het stemgedrag van de man in Nederland bepaald.  Er wordt gewoon stemadvies gegeven en niet onbelangrijk wordt de reis naar de stembus georganiseerd. In de moskee en op de vereniging is Erdogan volop aanwezig.  De zogenaamde Turkse lange arm.  Stemadvies in de moskee is nog zacht uitgedrukt.  Minister Asscher dient dan ook zijn monitor van Turkse organisaties zeker voort te zetten.

Vrouwen

De grote groep van de stemmers zijn vrouwen. Zij bepalen dus voor een goed deel dat Erdogan zo veel stemmen krijgt in Nederland. De vrouwen die op Erdogan stemmen zijn vaak huismoeders en hebben grote gezinnen. De vrouw is dan ook druk bezig met de huishouding. Zij heeft te weinig tijd om aan politiek te denken, laat staan ideologisch stem uit te brengen op Erdogan. De vrouw des huizes doet wat ze moet doen in haar cultuur en volgt braaf het stemadvies van haar man.

Op deze manier komen (voornamelijk Soenitische) hoogopgeleide Turken, mannen en vrouwen tot hun stemkeuze.  In een democratische en open samenleving zoals wij die in Nederland kennen is met de manier hoe hoogopgeleiden en hun ouders tot een stemkeuze komen niet verboden. Het is echter voor de beleidsmakers van het integratie vraagstuk in Den Haag onder leiding van de PvdA minister Asscher zeer zeker dringend een probleem te noemen.  Ideologisch of niet een stem uitbrengen op een dictator geeft toch een redelijk beeld van de gemoedstoestand van de stemgerechtigde aan.  Erdogan wil graag in de tijd terug en het liefst naar de 19de eeuw toen de Sultans over het Midden-Oosten heersten.  Het is dan onmogelijk om de 21ste eeuw te integreren met de 19de eeuw.  Alleen degene die over profetische gaven beschikken kunnen raden hoe de kinderen en klein kinderen van de aanhangers van Erdogan in de toekomst in de maatschappij zich gaan gedragen en ontwikkelen.

 

Abraham beth Arsan, freelancejournalist.