Back to the future?
Di 4 November 2008 22:31 |
Bertmegelink |
3719 keer bekeken |
0 reacties |
0 x aanbevolen |
Artikel voorlezen
Elke moeder op deze aardbol heeft haar kind 9 maanden in zich gedragen.
Elke ouder droomde daarbij dat het kind gelukkig zou worden.
Elke ouder zou zonder een spoor van twijfel zijn eigen leven geven voor dat van het kind.
Elke ouder wil alleen maar het beste voor het kind.
Als het maar gelukkig wordt.
Toch?
DE OERKNAL
“In de rotsen van de Zwitserse Jura nadert de grootste deeltjesversneller ter wereld zijn voltooiing. De zoektocht naar het zogeheten God-deeltje kan beginnen.”
In de buurt van Geneve zijn de meest knappe knoppen van deze aarde bezig met een kijkje terug in de tijd. Zij bouwen een 27 kilometer lange, cirkelvormige machine, een zogenaamde deeltjesversneller. Daarmee denken zij over enkele jaren de “oerknal” te kunnen verklaren.
Of hen dat zal lukken is nog de vraag. Immers: ooggetuigenverklaringen zijn er niet, niemand heeft er een rapport over geschreven en het is al enkele miljarden jaren geleden!
Toch mag het een opmerkelijke prestatie worden genoemd dat men alleen al denkt die oerknal, de knal die aan de basis van het ontstaan van ons heelal zou liggen, te kunnen verklaren.
Hoe die “nabootsing van de oerknal” (in het klein, oké, maar toch) precies in zijn werk gaat kan ik niet uitleggen, om de simpele reden dat ik er helemaal niets van begrijp. En dat is ook niet relevant. Uit wat ik er over gelezen heb, begrijp ik het volgende:
bij CERN laat men protonen en ionen met een snelheid die in de buurt komt van die van het licht, “botsen”. Ter vergelijking: van de bebouwde kom Haaksbergen tot bebouwde kom Enschede is ongeveer 10 kilometer. Met een snelheid van 1000 m/s zou je dus in 10 seconden over zijn. Het licht reist met een snelheid van 300.000 kilometer per seconde!!
De verwachting is dat bij die botsing niet alleen energie vrijkomt, maar ook dat er materie ontstaat, eigenlijk uit het niets.
Dat komt kennelijk redelijk dicht in de buurt van kernfusie, het proces dat zich afspeelt binnenin onze zon. Kernfusie wordt gezien als de ultieme, vrijwel onbeperkte energiebron, die ons dan ook onafhankelijk zou maken van alle voorgaande energiebronnen.
Het moet wel even gekanaliseerd worden. En voordat je het op je brommer kunt gebruiken zal nog wel even duren, maar het gaat de goede kant op. Te hopen is natuurlijk wel dat we dit allemaal onder controle kunnen houden.
Dat we nietnog en een oerknal teweeg brengen!
Daar wordt je toch wel even stil van, niet?
WAT KUNNEN WE, WILLEN WE OF MOETEN WE HIERMEE?
Uitgaande van de oerknal, is alle leven op onze aarde na die tijd ontstaan. Na een botsing van iets flinks met onze zon, spetterde daar een brok gloeiende massa (miljoenen graden Celsius heet) vanaf.
- Dat brokje werd van hete gasbol een relatief “koud” hemellichaam.
- Er ontstond water, lucht en dat soort zaken
- Misschien vanuit een schimmelachtig iets, of iets slijmerigs, of weet ik veel wat, ontstond zeer primitief leven
- Uit dat primitieve leven zijn wij als mens ontstaan (volgens Darwin)
EVOLUTIETHEORIE
Charles Darwin is de bedenker van die theorie. Het verklaart het ontstaan van biologische soorten, waaronder de mens.
Over het algemeen wordt aangenomen dat wij van de apen afstammen en in de vorm zoals we die nu kennen ongeveer 3 miljoen jaar bestaan. De zon is trouwens ongeveer 4,5 miljard jaar oud en zal zo’n 10 miljard jaar oud kunnen worden. Dit even terzijde, maar niet onbelangrijk.
Maar op de keper beschouwd zijn onze allereerste voorvaderen schimmels, of sporen of een ander soort slijmachtig iets. Want uiteindelijk is alles ontstaan uit de hete brei van de zon, een soort megavulkaan van zeer hete massa. Toch knap dat de wereld er nu uitziet zoals zij doet.
HET ONTSTAAN VAN DE “MENS”
Die razend knappe koppen van CERN in Zwitserland, waar duizenden mensen rondlopen die stuk voor stuk net zo veel intellect hebben als een heel dorp bij elkaar, gaan dus een kijkje nemen naar de oerknal. Ze denken dan te kunnen verklaren hoe het heelal is ontstaan. En vervolgens is het natuurlijk een eitje om het ontstaan van de aarde te verklaren. Simpel.
Waar men echter aan voorbijgaat is dat we tegen die tijd nog steeds niet kunnen verklaren wanneer de mens is ontstaan.
En dan bedoel ik de mens in zijn huidige vorm, een denkend wezen dat zich van zijn aanwezigheid in dit universum bewust is!
Die dus weet dat hij een mens is.
Er zijn vele diersoorten, die opmerkelijk veel intelligentie blijken te bezitten. Onze voorvaderen, de apen bijvoorbeeld, hebben onmiskenbaar menselijke trekjes, gebruiken gereedschap etc. Maar geen van allen zijn ze zich bewust van het feit dat ze en wat ze zijn.
Dát is wat ons verschilt van alle andere ons nu bekende levende wezens. Elk ander wezen leeft hooguit het leven van zijn soort.
De mens is het enige wezen dat weet dat hij een mens is, omdat hij denkt. De beroemde Franse filosoof Descartes schreef: “cogito ergo sum”,oftewel ik denk, dus ik besta.
WE zijn OMDAT WE wetenDAT WE bestaan!!!!!!
Wanneer ontstond dat besef voor het eerst? Bij “Lucy”, (één van) de oudst bekende mensachtige(n)? Had zij het besef dat zij als mens was en dus bestond?
Men moet ons het antwoord daarop nog steeds schuldig blijven, ook al verklaart men straks het ontstaan van het heelal.
Men gaat dus veel te ver in de tijd terug, althans om onze eigen roots te kunnen verklaren. Daarvoor hoeven we geen miljarden jaren terug in de tijd, want zo verschrikkelijk lang bestaan we als mens nog niet eens.
Ik zelf denk dat we als denkende, bewuste mens nog maar enkele duizenden jaren bestaan. Misschien 500.000 jaar of zo. Dat lijkt lang geleden, maar langs de meetlat van het ontstaan van onze planeet slechts een heel klein stukje. Rond die tijd werden wel de eerste gereedschappen gebruikt door een mensachtige en daar moest toch over nagedacht worden!
Het is niet van wezenlijk belang. Wat zouden we kunnen doen, wetende dat we op een bepaald moment in de geschiedenis tot de conclusie zijn gekomen dat we zijn, dat we bestaan? Niets. Het is leuk om te weten, maar daar eindigt het verhaal.
Veel belangrijker dan te weten wanneer we als mens zijn ontstaan, is het om te weten waarom we zijn ontstaan. En hoe.
En het allerbelangrijkste is om te weten wat we met die wetenschap gaan doen!!!
“Waarheen, waarvoor, wanneer en waarom wij?”
“Waarheen leid de weg die wij moeten gaan?” zingt Mieke Telkamp al decennia lang. Het is nog steeds het meest gedraaide nummer bij een begrafenis of crematie van een medemens. Niet alleen in Nederland, ook ver daarbuiten, waar het “Amazing Grace” heet. (Ik zelf geef de voorkeur aan Queen: “those were the days of my life”)
Vanwege die vraag van Mieke gaan we toch weer even terug in de tijd. Terug naar de tijd waarin de langzaam maar zeker uit de modder kruipende biologische levensvormen op een splitsing terecht kwamen en een keuze moesten maken:
WAARHEEN?
1. linksaf richting groepsdier of
2. rechtsaf richting roofdier.
Dit verdient verduidelijking. Eentje die ik zelf niet heb kunnen bedenken. Daarom een passage uit het Rijnlandmodel, ontwikkeld door het Instituut voor Rationele Politiek:
“Het roofdier en het groepsdier”
De parabel van Het roofdier en het groepsdier is in feite een moderne weerslag van de twee methodes die de natuur heeft ontwikkeld om de verhouding tussen de dieren te regelen. Het roofdier voorziet in zijn elementaire levensbehoefte van voedsel ten koste van het leven van andere dieren. Het kuddedier doet dat in het algemeen niet. Dit kan verder geabstraheerd worden tot het verschil tussen een individualistische versus een collectivistische houding ten opzichte van de wereld. En het is volkomen duidelijk dat wat ze verder ook mogen zijn, de communistische regeringen van het voormalige Oostblok veel collectivistischer waren dan de huidige regeringen. In het Westen wordt dit juist ook als een groot voordeel gepresenteerd, en gewezen op de veel grotere individuele vrijheden.
Het roofdiermodel heeft ook een aantal negatieve spirituele aspecten. De vrijheid van het roofdier is inderdaad groter. Dat komt omdat de meeste roofdiersoorten zich weinig gelegen hoeven te laten liggen aan soortgenoten. Ze leven een solistisch leven, komen slechts samen voor de voortplanting. De verklaring kan simpel zijn: bij de jacht op een enkele prooi zijn twee roofdieren automatisch ook meteen concurrenten, en door de wapens die roofdieren hebben zijn ze dan meteen ook gevaarlijk voor elkaar. Er zijn ook uitzonderingen op deze regel, maar die zijn waarschijnlijk het gevolg van verdere specialisatie en natuurlijke dwang: als het niet meer mogelijk is om een prooi in je eentje te vangen, wordt samenwerking een noodzaak tot overleven. Een enkele cheetah heeft weinig kans tot overleven. Maar dat bij het samenleven in een roedel geen sprake is van een verbetering in de spirituele houding van de cheetah blijkt uit het feit dat cheetahen actief op zoek gaan naar de welpen van de concurrent, de cheetah, om deze te doden.
Het spirituele karakter van het roofdier wordt gedomineerd door het gegeven dat een roofdier geen oog mag hebben voor het individu van het prooidier, laat staan de persoon en het karakter ervan. Een roofdier heeft een ingeboren gebrek aan empathie. Een enkele blik in de ogen van het dier zou moeten volstaan om het bewijs hiervan te voltooien. Degenen in de mensenmaatschappij die een puur individualistische levenswijze voorstaan kunnen op dezelfde manier geïdentificeerd worden: kijk in hun ogen.
De parabel van Het roofdier en het groepsdier is in feite een moderne weerslag van de twee methodes die de natuur heeft ontwikkeld om de verhouding tussen de dieren te regelen. Het roofdier voorziet in zijn elementaire levensbehoefte van voedsel ten koste van het leven van andere dieren. Het kuddedier doet dat in het algemeen niet. Dit kan verder geabstraheerd worden tot het verschil tussen een individualistische versus een collectivistische houding ten opzichte van de wereld. En het is volkomen duidelijk dat wat ze verder ook mogen zijn, de communistische regeringen van het voormalige Oostblok veel collectivistischer waren dan de huidige regeringen. In het Westen wordt dit juist ook als een groot voordeel gepresenteerd, en gewezen op de veel grotere individuele vrijheden.
Het roofdiermodel heeft ook een aantal negatieve spirituele aspecten. De vrijheid van het roofdier is inderdaad groter. Dat komt omdat de meeste roofdiersoorten zich weinig gelegen hoeven te laten liggen aan soortgenoten. Ze leven een solistisch leven, komen slechts samen voor de voortplanting. De verklaring kan simpel zijn: bij de jacht op een enkele prooi zijn twee roofdieren automatisch ook meteen concurrenten, en door de wapens die roofdieren hebben zijn ze dan meteen ook gevaarlijk voor elkaar. Er zijn ook uitzonderingen op deze regel, maar die zijn waarschijnlijk het gevolg van verdere specialisatie en natuurlijke dwang: als het niet meer mogelijk is om een prooi in je eentje te vangen, wordt samenwerking een noodzaak tot overleven. Een enkele cheetah heeft weinig kans tot overleven. Maar dat bij het samenleven in een roedel geen sprake is van een verbetering in de spirituele houding van de cheetah blijkt uit het feit dat cheetahen actief op zoek gaan naar de welpen van de concurrent, de cheetah, om deze te doden.
Het spirituele karakter van het roofdier wordt gedomineerd door het gegeven dat een roofdier geen oog mag hebben voor het individu van het prooidier, laat staan de persoon en het karakter ervan. Een roofdier heeft een ingeboren gebrek aan empathie. Een enkele blik in de ogen van het dier zou moeten volstaan om het bewijs hiervan te voltooien. Degenen in de mensenmaatschappij die een puur individualistische levenswijze voorstaan kunnen op dezelfde manier geïdentificeerd worden: kijk in hun ogen.
Welke kant zijn wij destijds op gegaan? Linksaf? Rechtsaf?
Geen van beide! We staan nu nog steeds op dezelfde splitsing en kunnen maar geen keuze maken!
Van het groepsdier hebben we trouwens weinig te vrezen. Het is een kuddedier, zoals b.v. een Thomson-gazelle in Afrika ook is. Vredig grazend naast elkaar op de vlakten van het aloude Afrika. Het groepsdier heeft het roofdier niet nodig om te overleven: gras genoeg. Geen agressie van die kant te verwachten.
Het roofdier bezorgt ons echter wel de nodige kopzorgen. Het heeft namelijk het groepsdier nodig om te overleven. Een roofdier kan niet van gras leven. Een roofdier vreet groepsdieren.
Zelfs kannibalisme komt voor, ook al is het een uitzondering.
Zonder uitzondering is er echter sprake van onderlinge concurrentie met mederoofdieren. Zoals hierboven al is aangegeven gaat een cheetahentroep soms op jacht om alle welpen van de cheetah, een concurrent, te doden. Niet om te eten, gewoon om de concurrentie de das om te doen. Want in tijden van schaarste kun je de concurrentie missen als kiespijn.
Het roofdier kent daarbij geen enkele scrupule. Hij vermoordt zijn prooi zonder te knipperen met de ogen. Net zo gemakkelijk als hij de welpen van de cheetah afslacht.
En dat is ook bittere noodzaak: zie jij de cheetah al voor je die bij zichzelf denkt: “ach, die arme gazelle heeft ook recht op leven. Waarom zou ik hem opvreten?”
Of die denkt: “laat ik de cheetah ook wat te eten gunnen, ik neem wel genoegen met wat minder? Hij schrijft zijn eigen doodvonnis.
Maar…….
Er is een andere kant aan de zaak. Tijdens een bijzonder mooie documentaire zag ik het volgende:
Een moedervinvis en haar jong (moeder 30 ton en >25 meter, jong +/- 5 meter en 5 ton?) werden aangevallen door een troep orka’s. Zo’n jong is ongeveer even groot als de orka’s. Tijdens een uren durende strijd werd de moeder van het jong verdreven, het jong na een lange strijd gedood en door de orka´s opgegeten. Een titanenstrijd, droevig om te zien. Droevig? Nou, nee. Realiteit. De orka doet dit om zelf te overleven.
Terug naar de splitsing. Terug naar de keuze.
WAARVOOR?
De mens staat daar. Als carnivoor: hij eet zo’n beetje alles wat hij voorgeschoteld krijgt. We zijn dus een beetje van beide, een beetje groepsdier en een beetje roofdier.
Wat niet wegneemt dat we zonder vlees (lees groepsdieren) prima zouden kunnen voortbestaan. Zeker met onze huidige kennis van zaken.
Het lijkt er echter sterk op dat we de balans laten doorslaan in het voordeel van het roofdier. We staan al eeuwen lang voor de splitsing, we staan te wikken en te wegen, maar intussen moeten we wel eten. En we kunnen maar niet beslissen wat we willen zijn;
groepsdier of roofdier.
Nu is dit geen pleidooi om van alle mensen vegetariërs te maken. Daar gaat dit niet over. Al wat hiervoor is geschreven is overdrachtelijk bedoeld.
Waar het hier werkelijk over gaat is de fundamentele keuze die we moeten maken: welke kant gaan we op?
Of gaan worden we eindelijk eens echt een mens?!
Links- of rechtsaf?
Gaan we linksaf, richting groepsdier? Dan zouden we kunnen gaan streven naar een perfecte maatschappij. Gezapig grazend op de weiden leven we met en naast elkaar.
Of gaan we richting orka? Of zelfs richting cheetah?
Als we besluiten om door te gaan als roofdier, zullen we ook steeds weer moeten afrekenen met concurrenten.
In het geval van de cheetah was de cheetah een concurrent. In ons geval, als mens, kennen we geen andere diersoort die voor ons een concurrent is: we zijn oppermachtig.
De enige concurrent die wij hebben is onze medemens. Niet je familie, niet je vrienden, maar wel al die anderen die ook een stuk van de koek willen. En als we niet oppassen, snoept die zo’n groot stuk van de koek af dat er voor ons (te) weinig overblijft. Het is een kwestie van rekken en er bij blijven, want als je achteraan staat krijg je niets.
Het is een kwestie van vechten, het recht van de sterkste geldt hier!
Hebben we dat nodig? Nee! Niet voor ons voedsel. Ook niet voor andere primaire levensbehoeften, zoals water, lucht, onderdak etc. Niet om te overleven, dus.
Niet?
Leg dat maar eens uit aan een kind in de sloppenwijken van Calcutta, aan de inwoners van Derde Wereldlanden, aan meer dan één miljard mensen die honger lijden of er zelfs aan dood gaan.
Die moeten wel vechten om te overleven. Die hebben
- niet genoeg te eten,
- géén schoon drinkwater,
- géén onderdak,
- alleen maar lucht.
Wat bezield ons toch dat we nog steeds op die rottige splitsing staan en niet de goede keuze kunnen maken:
Linksaf richting paradijs, verdomme!
WANNEER?
Wat heeft het fenomenale onderzoek naar de oerknal nou te maken met het maken van de fundamenteel goede keuze?
Alles en niets.
Niets, omdat dat onderzoek geen enkele invloed heeft op de keuze die we eindelijk eens moeten maken.
Alles, omdat de mensen die daar werken (6500 top wetenschappers), die zo verschrikkelijk veel weten en zo verschrikkelijk veel kunnen, al hun energie en kennis steken in iets dat geen enkele meerwaarde heeft voor de richting die wij als mensheid kiezen.
Het zou trouwens niet eerlijk zijn om alleen die 6500 wetenschappers bij CERN verwijten te maken. De mens kan zoveel;
- we kijken urenlang naar een kastje waarin anderen kunstjes doen en noemen dat vermaak,
- ondertussen maken we binnen enkele minuten een complete maaltijd klaar in een doos met microwaves
- het world wide web stelt ons in staat om de hele wereld te bekijken vanachter een computerscherm
- vliegtuigen brengen ons in no-time naar de andere kant van de wereld
- ontzettend ingewikkelde operaties worden over dezelfde afstand, via satellietverbinding uitgevoerd
- we bouwen zelfs een ruimtestation!
om maar eens een paar “verdiensten” van de mensheid op te noemen.
Toch is de tegenwoordige, kapitalistische, economie is er nog steeds op gericht om méér van dat alles te maken. Ze is er niet op ingesteld om iedereen te voorzien van de eerste levensbehoeften: lucht, water, eten, kleding, onderdak, liefde en geluk.
Elke 3 minuten sterft een kind door armoede!!!!
Het moet toch mogelijk zijn om al die kennis en technologie aan te wenden om te streven naar een perfecte wereld. Een wereld, waarin mensen niet meer ziek worden, geen ongelukken krijgen, waar men elkaar niet naar het leven staat, waar geen oorlogen gevoerd worden, waar elk kind, elk mens een gelukkig leven heeft.
Want wat is er nu belangrijker dan geluk? Niets toch.
Maar waarom staat de grote meute dan nog steeds voor die splitsing? En waarom gaat maar een enkeling linksaf? Waarom lijken steeds meer mensen rechtsaf te gaan en nemen het kind mee naar het strijdtoneel van de roofdieren? Naar de plek waar het een kwestie is van eten of gegeten worden? Ik dacht dat we alleen het beste voor ons kind wilden?
Zijn wij het als mens niet aan onze stand verplicht om te streven naar de vorming van een paradijs op aarde? Alleen al omdat we dat kunnen? Nu nog niet. En ook niet de volgende generatie en ook niet die welke daarop volgt. Maar misschien wel over 500 of 1000 jaar.
Zijn we dat niet aan onze kinderen, waar we toch alles voor over hadden, verplicht?
En de tijd dringt niet echt, want onze zon heeft nog zeker 5.5 miljard jaar te gaan, voordat het licht echt uit gaat.
Nee, tijd zat dus.
Maar het wordt wel tijd dat we NU de goede keuze gaan maken, op weg naar die perfecte wereld. Die zal er niet zonder slag of stoot komen. Dat wordt vallen en opstaan.
WIJ zullen moeten blijven werken, of beter gezegd: we mogen blijven werken.
WIJzullen nog steeds ziek worden, ongelukken krijgen, elkaar naar het leven staan en doodgaan.
WIJ zullen die ideale, perfecte wereld niet zien.
Wij zijn het echter wel verplicht aan onze kinderen en hun kinderen, om naar zo’n wereld te streven. Want we willen toch allemaal het beste voor ons kind, zodat het gelukkig wordt?
Gelukkig zijn vereist natuurlijk gezondheid, welvaart en liefde.
En:
echtgelukkig wordt het kind pas
als het kind dat wéét
dat iederéén gelukkig is
Ik geloof niet in een hogere macht, ik geloof in de mens. Omdat ik zie, voel, hoor en ruik dat die bestaat. En omdat ik zie hoe ontzettend veel die mens nu al kan, terwijl hij nog maar net op weg is.
En ik geloof dat wij, de mens, het verschil kunnen maken in dit universum. Dat is niet alleen onze taak, dat is een voorrecht. Als wij het niet kunnen, houdt alles op en is alles wat we doen pure verspilling van tijd en moeite.
WIJ zullen die perfecte maatschappij dus moet meer beleven. Jammer, maar niets aan te doen.
Maar wij kunnen wel geschiedenis schrijven! Door eerst als individu en aansluitend als de mens, de enig goede keuze te maken:
Linksaf, dus.
Rechtsaf is alleen maar verspilling van tijd.